KladBlog
  • Begin hier
  • De blog
  • Register
    • #ownvoices
    • Triggerwarnings
    • Wat is diversiteit?
  • Over ons
  • Contact
  • Archief
    • Artikels
    • Recensies
    • Vaste rubrieken >
      • Wat lazen we deze maand?
      • Kladblog@Evenementen >
        • Boekenbeurs 2018
      • Maandelijkse discussies
      • Soof's Cinema

​Daar gaan we!

Recensie: Iskari - De Laatste Namsara

31/7/2018

0 Reacties

 
Foto
Achterflap: In den beginne was de Oude eenzaam. Daarom maakte hij twee metgezellen voor zichzelf. De eerste noemde hij Namsara. De tweede metgezel noemde hij Iskari. Waar Namsara blijdschap en liefde bracht, bracht Iskari dood en verderf.
Asha is niet alleen de dochter van de koning van Firgaard, maar ook de Iskari; de meest gevreesde drakendoder van het land. Dit kan haar echter niet redden van wat haar thuis te wachten staat: een gedwongen huwelijk met de meedogenloze, vreselijke commandant van haar vaders leger.
Er is één uitweg: Asha kan haar vrijheid terugkopen in ruil voor de kop van Kozu, de gevaarlijkste draak van Firgaard -en ook de draak die verantwoordelijk was voor de totale verwoesting van haar stad.
Tijdens de jacht ontrafelt Asha een eeuwenoud geheim over het lot van de Iskari en de laatste Namsara. Met hulp van een stiekeme vriend - de slavenjongen Torwin, die toebehoort aan de familie van haar verloofde - moet Asha achter de waarheid zien te komen, ook al zet ze daarbij haar leven en dat van Torwin op het spel.

Cover, titel en achterflap
Laten we simpel beginnen: mijn hemel, die cover is mooi. Ik moet toegeven dat ik in het algemeen een zwak heb voor geïllustreerde covers, maar deze zet echt perfect de toon voor heel het boek: draken, een Noord-Afrikaansachtig landschap en vooral onze heldin en haar constante metgezel, haar bijl. De titel zelf - Iskari, De laatste Namsara - trekt ook erg aan: je weet namelijk niet wát die termen betekenen. Bovendien klinkt het mooi qua klanken, wat ik zeker kan appreciëren. De achterflap biedt al meteen antwoord op de vraag over de titel, maar doet meteen andere vragen naar boven komen. In het kort: ik had meteen zin om dit te lezen.

Eigenlijke, inhoudelijke recensie
Voor we beginnen, wil ik even opbiechten dat ik eigenlijk niet zo heel veel YA meer lees - ook al val ik nog perfect binnen het doelpubliek. YA boeken leken na een tijd constant hetzelfde te zijn, de schrijfstijlen te simpel, de personages wat vlak. Ik miste gewoon altijd iets en ik denk dat ik in Iskari datgene heb kunnen ontdekken.

Ik was in ieder geval dus terughoudend toen ik eraan begon. Tien bladzijden verder was die terughoudendheid weg. Iskari is een boek dat je meteen meesleurt in zijn mystieke, ruige wereld vol draken en oude verhalen. De schrijfstijl leest gemakkelijk en is bovendien erg beeldend. Ik heb zelden zulke mooie beeldspraak gelezen zonder dat deze al te ingewikkeld en op die manier een tikkeltje vreemd werd. Ciccarelli slaagt, mede hierdoor, haar wereld heel levendig weer te geven.

Wat ik ook erg kon appreciëren waren de Arabische woorden zoals medina, oed, kaftan, etc. Niet enkel zorgen deze ervoor dat er geen verwarring mogelijk is over de inspiratiebron voor deze wereld, het biedt die kleine details die een fantasywereld tot leven doet komen. Het concept in het algemeen, om een fantasywereld te baseren op Noord-Afrika/het Midden-Oosten, vind ik fantastisch, want zo breng je iets wat tegenwoordig wat in een slecht daglicht komt te staan, ook eens naarvoor in een mooie context.

Ik wil het echter graag hebben over dat ene wat ik vaak miste in andere boeken.

Opvallend aan Iskari is dat niet alleen het hoofdpersonage een onafhankelijke vrouw vol pit is, maar dat vrouwen evengoed een hoge positie in de maatschappij kunnen bekleden. Te vaak nog zijn vrouwen in fantasywerelden onderdrukt in de hiërarchie.

Waarom toch? Net nu je als auteur de kans hebt om een maatschappij te creëren waar gelijkheid de norm is.

Maar dat heeft Iskari wel. Er kan evengoed een drakenkoningin zijn als een drakenkoning. Soldats kunnen man of vrouw zijn, dat maakt niet uit. Op het einde - spoiler - wordt Safire, het nichtje van Asha, de nieuwe commandant. En er wordt niet eens gerept over dat ‘het uitzonderlijk is omdat ze een vrouw is’’, want het is gewoon oké. En dat vind ik fijn.

Om verder uit te wijken over Asha, vind ik het fantastisch dat ze niet enkel weergegeven wordt als de ‘onafhankelijke vrouw vol pit’ - hoe leuk ik dat ook vind - maar ook als een kwetsbare tiener die worstelt met haar emoties. Als lezer voel je haar innerlijke conflicten, je begrijpt ze en zeker door de beeldende manier waarop Ciccarelli dat verwoordt, komt Asha tot leven.

In feite miste ik dus in veel YA boeken wat feminisme - oeps.

Het verloop van het verhaal zelf zal ik niet uitvoerig bespreken - misschien te veel spoilers - maar dit verhaal was on fire - pun was niet bedoeld. Er werd niet overbodig uitgeweken, er werd ook niet uit luiheid belangrijke dingen kort beschreven, alles was ook logisch. Heel mooi gedaan vond ik ook de oude verhalen die tussen hoofdstukken geplaatst werden. Hierin is het talent van Ciccarelli het meest duidelijk, vind ik, en ze voegen zo veel toe aan de mystieke, magische sfeer van het boek.

Slotwoord
Ik zou denk ik nog uren door kunnen gaan over dit boek. Wat alleszins een feit is, is dat dit boek altijd een van mijn favoriete zal blijven.

Livia

0 Reacties

Young adult als foutief gebruikte marketingterm

26/7/2018

0 Reacties

 
Het is niet te ontkennen dat young adult-boeken de afgelopen tien jaar enorm in opkomst zijn gekomen. Waar de sporadische werken in deze categorie vroeger tussen de kinderboeken werden verstopt, heeft elke zichzelf respecterende boekhandel nu een heuse young adult-kast. Maar dat deze categorie boeken nu zo populair is, wil nog niet zeggen dat je zomaar boeken onder de noemer young adult kunt scharen. Soms komen er boeken voorbij die als dusdanig gepromoot worden, terwijl de schrijver toch niet echt lijkt te weten wat deze categorie inhoudt. Is de term young adult een strategische marketingtoevoeging geworden?

Laat ik beginnen met het meest voor de hand liggende criterium waar een young adult-boek aan moet voldoen: de leeftijd van de personages. Ze mogen niet te oud zijn, maar ook niet te jong. Ik heb weleens een boek gelezen waarin de hoofdpersonen in de twintig waren en dat toch als young adult werd neergezet. Waarom ik dit niet vind kloppen zal ik later nog op terugkomen. De lezers van young adult kunnen best in de twintig zijn, of zelfs ouder, maar voor de personages ligt dit anders. Meestal hebben zij een leeftijd tussen de zestien en de achttien jaar. Denk maar aan de bekende voorbeelden als Katniss Everdeen (16), Hazel Grace Lancaster (16) en America Singer (17). Aan de andere kant mogen ze ook weer niet te jong zijn. Carry Slee bijvoorbeeld heeft een heleboel boeken geschreven over personages die rond de dertien/veertien zijn. Dit valt dan weer meer onder kinderboeken. Laat je bij het kijken naar de leeftijd van een personage ook vooral niet te veel misleiden door de term jonge volwassenen. Want hoewel iemand van begin twintig ook een jonge volwassene is, past een personage van die leeftijd meer bij een ander soort boeken.

Wat verder relevant is, is de levensfase waarin het personage zich bevindt. Dit is niet hetzelfde als leeftijd. Je kunt namelijk bij wijze van spreken ook op je twaalfde naar de universiteit gaan. Waar het om gaat is dat hoofdpersonen in young adult-boeken meestal op de middelbare school zitten, en dan specifiek in de laatste twee of drie jaar daarvan. Ze ontdekken hun eigen identiteit, ontmoeten hun eerste vriendje of vriendinnetje en beleven hun eerste zoen. Zelfs áls young adult-personages al seks hebben, wordt dit nog niet expliciet beschreven.

Dat brengt me meteen op het volgende punt: levenservaring. Wanneer je een boek leest met personages van in de twintig en ze qua romantische verwikkelingen niet meer doen dan zoenen, komt dit kinderachtig over. Natuurlijk, het kan heel fijn zijn om te zoenen met iemand die je leuk vindt, maar denk je niet dat de gedachten van een twintiger verder gaan dan dat? Ook degenen die op deze leeftijd hun eerste keer seks nog moeten hebben, zullen wel begrijpen dat dit iets is wat bij hun leeftijd past. Daarom hangt dit een beetje samen met het vorige punt. Wanneer een boek hoofdpersonen van twintig of ouder bevat, past het beter binnen de categorie new adult.

Daarnaast mag een young adult ook niet te simpel zijn. We hebben het hier over jongvolwassenen, niet over kinderen, dus ze hoeven niet betutteld te worden. Het moet vooral niet te oppervlakkig zijn. Jongeren wéten dat er ellende is in de wereld. Ze hebben ook altijd hun eigen problemen en deze hoeven niet per se groot te zijn, maar dat komt wel geregeld voor. Denk maar eens aan alle dystopische boeken waarin tienerhelden gedwongen worden hun eigen menselijkheid onder ogen te zien in hun strijd tegen een corrupt regime of een bloeddorstige dictator. We hebben het over meer dan een simpel liefdesverhaal van twee tieners die bij elkaar in de klas zitten en verder geen echte problemen hebben in hun leven. Zo las ik bijvoorbeeld ooit ‘Onder de ketchupwolken’ van Annabel Pitcher en dit vond ik best wel een simpel boek voor iets wat als young adult neergezet wordt.
Hierbij hoort ook de woordkeuze van de auteur. Je hoeft niet elke zin vol te stampen met woorden die al sinds 1917 niet meer gebruikt worden, maar je moet ook weer geen Jip-en-Janneke-taal gaan uitslaan. Mijn advies zou zijn dat schrijvers zouden moeten schrijven zoals ze tegen hun beste vrienden zouden praten. En als de lezer dan toch een woord niet begrijpt, is hij of zij oud genoeg om Google (of de ouderwetse Van Dale) om hulp te vragen.

De conclusie van dit artikel is dat uitgevers niet zomaar hun boeken als young adult kunnen promoten alleen maar omdat ze dan denken meer te verkopen. Een echt young adult-boek moet wel degelijk aan bepaalde elementen voldoen. En als het daar niet aan voldoet, past het misschien beter onder een andere categorie.

FENNA

0 Reacties

De kostbaarheid van de Brontës

24/7/2018

0 Reacties

 
Jane Eyre en Woeste Hoogten - beruchte titels. De meesten hebben wel eens van ze gehoord, een groot deel heeft deze boeken ook gewoon gelezen. Vaak simpelweg vrijwillig, even vaak verplicht vanuit school of dergelijke. Het is vast omwille van dit laatste dat deze boeken vaak bestempeld worden als “ouderwets”, “moeilijk”, “saai” en “irrelevant”. Dat gebeurt er nu eenmaal wanneer je iemand die geen interesse heeft in een boek tóch verplicht het te lezen. De laatste tijd meen ik bovenstaande drie woorden vaker tegen te komen wanneer er niet enkel over de drie Brontëzussen, maar alle klassieke werken gesproken wordt. In dit artikel wil ik aantonen dat oude werken, en dus in het specifiek de werken van de Brontës niet zomaar saai hoeven te zijn en zeker nog een boodschap hebben ruim twee eeuwen na publicatiedatum.

Om te beginnen besef ik dat ik tot nu toe enkel twee werken van twee zussen heb vermeld. Dat is simpelweg omdat deze werken het bekendst zijn. Jane Eyre is het meest gekend van alle Brontë-boeken.  Het is geschreven door Charlotte Brontë, de oudste van de drie zussen, en vertelt - zoals de meesten wel weten? - een romantisch verhaal, in licht-gothic sfeer over het leven van een gouvernante. Dit verhaal is door de tijd heen een eigen leven gaan leiden met meerdere verfilmingen, hertellingen en talloze boeken die hier inspiratie uit haalden. Waarom dit is kunnen gebeuren, zal later nog wel duidelijk worden.

Wuthering Heights (NL: Woeste Hoogten) is dan weer het befaamde werk van Emily Brontë, de middelste zus. Dit werk wordt dikwijls verkeerdelijk afgebeeld als een romantisch verhaal over de tragische liefde tussen een zigeunerjongen en een rijkeluisdochter. Wuthering Heights is echter vooral een verhaal over haat en wrok die meerdere generaties treft. (Voor de geïnteresseerden, Emily schreef véél liever poëzie, maar schreef deze roman omdat poëzie niet verkocht, ze het idee toch had en hun familie geld nodig had. Haar poëzie is zeker even fascinerend!)

Anne Brontë, de jongste zus, is het minst bekend, al doet ze zeker niet onder aan haar zussen. Haar meest bekende werk van is The Tenant of Wildfell Hall (NL: De huurster van Wildfell Hall). Dit is een verhaal over een jonge vrouw die met haar zoontje haar gewelddadige echtgenoot ontvlucht. Ze doet zich voor als een weduwe en probeert zo onafhankelijk van een man haar zoontje op te voeden.

Welnu, de context is er. Al iets belangrijks wat Jane Eyre, Wuthering Heights en The Tenant of Wildfell Hall zo uitzonderlijk maakt, is hoe oprecht hun werelden worden afgebeeld. Wat men niet mag vergeten is dat deze boeken uitkwamen toen de romantiek - als culturele stroming - groots was. Deze drie boeken bevatten zeker gewoon nog romantische kenmerken, maar wat opvallend is, is hoe onderwerpen zoals de vreselijke situaties in meisjesinternaten (Jane Eyre), mishandeling (Wuthering Heights (verduidelijk: Heathcliff naar Hareton)) en de zware consequenties van alcoholisme (The Tenant of Wildfell Hall) worden weergegeven. Punt blijft dat deze boeken romantisch blijven, maar er zit altijd een wringend, duister en heel oprecht toontje in.

Vooral dat laatste wil ik belichten: in de negentiende eeuw werd overdadig alcoholgebruik veel minder afgewezen als nu. En als je je nu al bedenkt dat men er tegenwoordig nog steeds mild tegenover is (alcohol is veel gevaarlijker dan men doet geloven en dat weten mensen best wel, maar het kan hen niet schelen). Wijn werd aan kinderen gegeven als medicijn, bijvoorbeeld, en het was op veel jongere leeftijd dan nu normaal om geregeld alcohol te drinken. De Brontës hadden echter een broer verslaafd aan opium en alcohol - zij kenden de vreselijke gevolgen. Anne besloot dit weer te geven in een boek en dat veroorzaakte best wat commotie.

Oprechtheid en kritisch is dus één punt.

De representatie van vrouwen een tweede.

Jane Eyre is een werk van emancipatie en feminisme. Ik kan aannemen dat velen denken: “Een jonge vrouw die uiteindelijk trouwt met haar werkgever? Wat is daar emanciperend aan?” Als je meer in detail gaat kijken, weet ik zeker dat menig criticus zal afkomen met zinnen en paragrafen om aan te tonen dat dit boek niet feministisch is.

Maar zoals iedere goede criticus weet, horen oude boeken, klassiekers geplaatst te worden in hun context om ze correct te begrijpen. Jane Eyre werd geschreven door een vrouw in een periode waarin mannen de literatuurwereld domineerden. En niet zomaar domineerden. Erg domineerden. Vrouwen waren in die literatuur dan ook vooral degene die gered moesten worden, die zichzelf ruïneerden met hun ondoordachte daden, of zodanig perfect waren dat je ervan moest kotsen.

Charlotte Brontë gaf, als een van de weinige vrouwelijke auteurs in die periode, vrouwen een heldin die zelfstandig was, die volhield aan haar eigen waarden en gelijkheid zo belangrijk achtte dat ze weigerde te trouwen met haar rijke werkgever tot zijzelf onafhankelijk van hem kon leven en dus zo wist dat ze op gelijke voet stonden. Ze toonde vrouwen in een maatschappij waarin vrouwen zich ondergeschikt voelden aan mannen het idee, het besef dat ze hun eigen persoon waren. En dat niets zo belangrijk was in een relatie, in een huwelijk als gelijkheid.

Ik kan een artikel apart schrijven over Jane Eyre als een feministisch werk dat vrouwen afbeeldt als ménsen, zoals hoort, zoals zoveel schrijvers tegenwoordig nog niet kunnen doen: van de mooie vriendschap met Helen tot Janes ingetogenheid en soberheid - wat zo in contrast staat met het idee van ‘sterke vrouwen’ tegenwoordig.

Wutherhing Heights draait niet rond een vrouw in specifiek, draait ook niet rond 1 personage in het specifiek als je het mij vraagt. (Je kan discussiëren dat het gewoon Heathcliffs verhaal is, maar ik vind het toch véél meer dan gewoon dat.) Eigenlijk slaagt dit boek in het algemeen er gewoon in om mensen heel duidelijk en realistisch neer te zetten, maar ik wil toch even bemerken dat ook de vrouwelijke personages zo realistisch zijn - Nelly, Catherine, Cathy, Isabella. Je begrijpt ze, ook al doen ze zulke impulsieve en dwaze dingen, je ziet vanwaar ze komen. Wuthering Heights blijft echter wel erg anders dan de andere Brontë-werken.

The Tenant of Wildfell Hall wordt dikwijls vergeten in conversaties over de Brontës. Het zegt misschien al wat dat ik het telkens als laatste vermeld. Maar eigenlijk doe ik dit meer zodat het jullie beter bij blijft. Dit boek is namelijk, als je het mij vraagt, een toppunt voor emancipatie. Context, herinner je nog? We zitten in 19e eeuws Engeland waar een ongetrouwde vrouw niet veel voorstelt, waar in het huwelijk de man het naar het zeggen heeft. Toch besluit in dit boek een vrouw om met haar zoontje haar man te verlaten. Zo breekt ze niet enkel haar huwelijksbeloften (o drama) maar ook de grote standaarden van die maatschappij. Het maakt niet uit wat de man doen: je gaat niet zomaar weg. Zelfs niet als hij je slaagt, verkracht en je zoontje vulgair gedrag leert. In deze maatschappij blijf je dan zitten. Toch vertrekt Helen, verruilt ze haar landhuis voor een schamel huisje en doet ze alles wat ze kan om haar zoontje juist op te voeden.

Dit boek, zoals ik al zei, veroorzaakte commotie door de standpunten over alcoholgebruik. Maar zeker tienmaal zoveel commotie omdat Helen haar man verlaat wanneer hij zich gedraagt als een klootzak. Vrouwen werden gewaarschuwd om het niet te lezen, het was immoreel, etc. zulke dingen. Heel tof allemaal.

Ik kan begrijpen dat een lezer tegenwoordig niet beseft hoe “groots” dit onderwerp destijds was. Scheidingen komen we nu toch vaker tegen dan we willen en, ach, iedereen weet wel dat een gewelddadige man iemand is die je beter kwijt dan rijk bent. Maar in die tijd was het uiterst ongewoon en zeker dat een vrouw het schreef - al ontdekte men dit pas veel jaar later: de Brontës schreven onder pseudoniemen en men had het idee dat ze mannen waren. Bovendien geloof ik in het algemeen met hart en ziel dat de onafhankelijkheid, de vastberadenheid van Helen iets is wat zeer veel vrouwelijke personages in moderne literatuur missen.

Maar tenslotte, zijn de boeken van de Brontës moeilijk? Dat is ook compleet afhankelijk van persoon tot persoon. Het is een kwestie van smaak en ik denk ook van gewoonte. Ik denk echter dat in het geval van deze boeken (en de meeste klassiekers) heel snel naar het woord moeilijk gegrepen wordt. Dit hoor ik vooral van mensen die de werken van de Brontës nooit vast hebben gehad. Hiermee wil ik niet ontkrachten dat moeilijk een ongeldige mening is of wat dan ook - alle meningen zijn geldig en tellen mee - maar ik denk wel dat er een gigantisch vooroordeel bestaat over de moeilijkheid van oudere boeken. Zou dat kunnen?

Ik zou op dit laatste denk ik wel verder in kunnen gaan, maar ik laat jullie er liever zelf over nadenken.

Mijn besluit blijft echter wel dat, hoe vaak sommigen dit ook willen ondermijnen of afkraken, de boeken van de Brontës kostbaar zijn tot op de dag van vandaag.

Livia

0 Reacties

The Last Airbender: een fantastisch duet

19/7/2018

0 Reacties

 
Ik ben een groot animatieliefhebber. Zoals het een echte 90’s kid betaamt, spendeerde ik uren voor de TV. Werkelijk alles passeerde de revue: Winx Club, Pokémon, Totally Spies, Spongebob, Rocket Power, noem het maar op. Nog steeds houd ik fantastisch veel van animatie, maar nu ik ouder ben, moet ik toegeven dat niet alles even intelligent was waar ik naar keek. Nickelodeon blijft immers een bedrijf, waar creativiteit dikwijls ondergeschikt is aan de verdiensten. En dat heeft vaak als gevolg dat cartoons druk, fel, dom en niet-geserialiseerd zijn en alles schreeuwt, om de kids maar voor de TV te houden.

Eén serie heeft echter het tegendeel bewezen. Die serie is Avatar: The Last Airbender (2004), een Amerikaanse animatieserie van de makers Bryan Konietzko en Michael Dante DiMartino.
Foto
Avatar: The Last Airbender
​In de serie kunnen de elementen aarde, water vuur en lucht bestuurd worden. Sommigen kunnen geen enkel element besturen, anderen kunnen dat wel. Er is één persoon, de avatar, die in staat is alle vier de elementen te besturen: hij vormt de brug tussen de geestenwereld en de gewone wereld en dient de balans in de wereld te waarborgen.
Een jongen genaamd Aang blijkt de nieuwe avatar te zijn, nadat de oude meer dan honderd jaar niet gezien is en de wereld is vervallen in oorlog. Aang gaat samen met zijn vrienden op reis om een einde te maken aan de oorlog.
Klinkt tof, toch? Dit artikel is overigens niet spoilervrij, dus als je geïnteresseerd bent raad ik je aan het gewoon te gaan kijken! Het is absoluut de moeite waard.
Foto
Avatar: The Last Airbender

​deel I | de structuur

Een verhaal staat of valt met de structuur die eraan ten grondslag ligt. In veel cartoons gaat het hier al mis, vanwege de serialisering waar ik het eerder al over had: elke aflevering is één afgerond geheel  en eindigt precies op hetzelfde punt als waar het begon, zodat het niet uitmaakt in welke volgorde je de afleveringen afspeelt.
ATLA is een uitzondering op die regel. In de serie zijn grofweg drie soorten verhaallijnen te onderscheiden. De eerste soort betreft de grote, algemene verhaallijn die gedurende de serie als een vage ondertoon aanwezig is: het verslaan van de Vuurheer. De tweede soort betreft het beheersen van de vier elementen. Per seizoen staat een element centraal, waarmee ook elk seizoen een mooi afgeronde leercurve bevat. De derde soort is de bekendere episodische verhaallijn, waarin kleinere problemen per aflevering worden opgelost, bijvoorbeeld het afwenden van een roofoverval.
​

deel II | diverse, gedefinieerde personages

ATLA bevat zoveel soorten mensen en dat maakt elk personage rijk in zijn eigen sterke en zwakke punten. Een van de belangrijkste voorbeelden is Sokka. Sokka is geen stuurder.  Hij en Katara, zijn zus, zitten in een kano, hopend hun avondeten te vangen.
​

SOKKA
“It’s not getting away from me this time. Watch and learn, Katara. This is how you catch a fish.”

Deze ene zin lijkt in eerste opzicht van weinig betekenis, maar geeft eigenlijk een uitstekende tekstuele representatie van hoe Sokka in elkaar zit, wat zijn persoonlijk doel is en waar zijn motivatie op gebaseerd is. Hij is als enige jongen achtergelaten in de waterstam, terwijl alle mannen, waaronder Sokka’s vader, in de oorlog aan het vechten zijn. Sokka voelt zich achtergelaten en wil meer dan ooit aan zijn vader laten zien dat hij óók een krijger is en is daarom vaak nogal een show-off, ietwat seksistisch --
​
SOKKA
“Leave it to a girl to screw things up.”

— en de grappenmaker van de groep. In tegenstelling tot het overbekende goofy sidekick stereotype waar men hem vaak onterecht tot rekent, is dit bij Sokka geworteld in een heftige gebeurtenis uit zijn jeugd. Sokka is meer dan zijn grappen: hij geeft om zijn familie, hij is inventief en heeft een enorm doorzettingsvermogen. Sokka is een mens van vlees en bloed — en hij is slechts een van de vele personages die ATLA rijk is.

Als we het toch over tropes hebben: in fantasyverhalen waarin meerdere magiesoorten bestaan, hangen karaktereigenschappen vaak af van de magische vaardigheid van het personage. In elk feeënverhaal zijn bloemenelfjes ijdel, dierenelfjes speels en wild, vuurelfjes ‘vurig’, enzovoorts. In ATLA is het tegendeel waar. (Hadden Korra en Katara nog verschillender kunnen zijn?) We zien seksistische arrogante waterstuurders (meester Paku), laid-back waterstuurders (de moeras-waterstuurders), creepy waterstuurders (Hama). Dat zorgt voor razend interessante combinaties, óók betreffende de sturing zelf. Als alle waterstuurders alleen maar Katara’s zouden zijn geweest, was het wrede bloedsturing (waar Katara zich liever nooit aan zou wagen) nooit ontdekt. Watersturing zou niet meer zijn dan dat: het sturen van water. Het toevoegen van unieke karaktereigenschappen komt dus zowel het verhaal als de worldbuilding ten goede.
Het feit dat de karaktereigenschappen van personages niet op hun elementsturing gebaseerd is, zorgt er tevens voor dat op geheel natuurlijke wijze niet-stuurders op gelijke voet staan met stuurders. Katara is geen beter (uitgewerkt) personage dan Sokka omdat zij wel en hij niet kan watersturen — het heeft geen enkel voordeel in karakteristiek opzicht om een stuurder te zijn. Sokka is net zo’n gedefinieerd personage als Katara. Hier maak ik een diepe buiging voor, omdat dit wat mij betreft een van de kernwaarden is van diversiteit.

Die diversiteit op zich is iets bijzonders. ATLA bevat personages die niet diverser hadden kunnen zijn. Er zijn geen krachtigere en interessantere personages in Avatar dan Iroh, Azula, Katara en Aang, en die zijn vrouwelijk, mannelijk, gekleurd, oud, jong, ‘goed’ en ‘slecht’ en alles door elkaar. Maar ook de niet-stuurders zijn sterk. Ik heb nog nooit een serie gezien waarin zoveel vrouwen die géén “magie” beoefenen uitmuntende vechters zijn: denk aan Suki, Ty-Lee, Mai, June. Uiteraard wil ik niet alleen focussen op vrouwen (ook de mannelijke personages mogen er wezen!) maar helaas is seksisme nog steeds een probleem tegenwoordig en blijft de representatie van vrouwen in de kunst een probleem. Des te toffer vind ik het dat een “kinderserie” die inmiddels alweer veertien jaar oud is, hier zo goed geslaagd in is.

Voor de duidelijkheid: ATLA bevat
  • people of color (iedereen)
  • gehandicapten die niet begrensd worden door hun handicap (Toph, Teo)*
  • personages met littekens (Zuko)
  • personages met verschillende lichaamstypes (Iroh, Toph, Aang, Pipsqueak, Kyoshi)
  • dieren/wezens die niet alleen maar schattig zijn (Appa, Momo, Koh de Gezichtensteler, de twee draken, de maan- en oceaangeesten)
  • bad guys (Zhao, Azula, Ozai)
  • good guys (Iroh, Aang, Sokka)
  • bad guys die niet bad zijn (Zuko)
  • good guys die niet good zijn (Jet)
  • guys die good noch bad zijn (June, Bumi)
  • stuurders én niet-stuurders die hun mannetje staan
  • eenzame kinderen, beschadigde kinderen, volwassen kinderen (Aang, Katara, Sokka, Zuko, Azula, Toph)**
  • ouderen die niet zwak, gek of dement zijn (Iroh, monnik Gyatso, avatar Roku, Hama, de White Lotus)
  • zachtaardige mannelijke personages (Aang, Iroh, monnik Gyatso)
  • hardaardige mannelijke personages (Ozai, Jet, Zuko, Paku)
  • zachtaardige vrouwelijke personages (Yue, Ty-Lee, Ursa)
  • hardaardige vrouwelijke personages (Toph, Kyoshi, June, Azula, Hama)
  • en alles hier tussen in

​*) De personages tussen haakjes zijn slechts voorbeelden; geen complete selectie.

**) ATLA is tevens een van de weinige series die hun doelgroep — kinderen — serieus neemt en hen niet behandelt alsof het schreeuwende snotneuzen zijn.

Ook bínnen de serie is diversiteit perfect gebruikt. Zo zijn stuurders net zo belangrijk voor het verhaal als niet-stuurders, maakt het niets uit van welk continent je komt/welke huidskleur je hebt, is of je een stuurder bent niet afhankelijk van rijkdom, afkomst of geslacht, en — voor mij het belangrijkste punt in dit lijstje — er is sprake van onzichtbare diversiteit. Omdat diversiteit niet gebruikt wordt als plot device en dus niet een van de thema’s is waar de show om draait, wordt het niet zo’n ding. Heel vaak als diversiteit in een verhaal voorkomt, gaat het héle verhaal over diversiteit. Het eeuwige voorbeeld: het homo-verhaal dat nergens anders over gaat dan de homo die met zijn seksualiteit struggelt. In ATLA wordt er op één keer na nergens ook maar gepráát over diversiteit. 
​

deel III | culturele diversiteit

Ook in de worldbuilding komt deze diversiteit terug — met name in iets wat ik culturele diversiteit zal noemen. Alleen al het feit dat het geen Middeleeuws-Europa-setting heeft, zoals vele andere fantasyverhalen, is vernieuwend en verfrissend. De wereld waarin ATLA zich afspeelt, voelt echt en is een wereld die gebaseerd is op verschillende Aziatische culturen. Deze Aziatische invloeden zijn onder andere terug te vinden in het gebruik van de hindoeïstische spirituele leer (de geestenwereld, het thema van balans dat steeds terugkomt, de elementenleer), de megastad Ba Sing Se (een soort Middeleeuws Beijing), de verschillende vormen van martial arts waar de elementsturing op gebaseerd is (waaronder Tai Chi, Hung Gar, Northern Shaolin) het gebruik van Aziatische muziekinstrumenten zoals de Tsunghi hoorn in de prachtige, prachtige soundtrack van ATLA--
​

— en uiteraard mag de visuele stijl niet ontbreken, zowel de animatie zelf als invloeden uit de klassiekere Aziatische kunst zoals The Great Wave van Hokusai en traditionele Japanse Byobu-schermen:
Foto
een traditioneel Japans Byobu-scherm
Foto
Avatar: The Last Airbender - boek 2, aflevering 2
Foto
The Great Wave, Hokusai
Foto
Avatar: The Legend of Korra - boek 2, aflevering 8

De elementsturing is adembenemend uitgewerkt. Het is een van de vele redenen waarom ik vroeger zo graag zelf ook wilde kunnen watersturen.  De bewegingen voelen vloeiend en cinematic, met prachtige kleurpaletten die passen bij de wereld en bij de personages. De animatie is ook in technisch opzicht uitstekend en breekt vele grenzen: zo is men er nog steeds niet uit of ATLA tot de anime gerekend mag worden of niet, gezien de animatiestijl vergelijkbaar is, maar het door Amerikanen gemaakt is. Het maakt ook niks uit, want zowel voor anime als cartoon steekt ATLA met kop en schouders boven het maaiveld uit. Bovendien vinden de animators zichzelf steeds opnieuw uit door zich niet vast te pinnen op één stijl, maar juist het experiment aan te gaan om zo tot de beste animatie te komen die past bij het verhaal. Zo werden in aflevering 11, boek 1 (The Great Divide) verschillende animatiestijlen gebruikt om twee kanten van één verhaal te belichten.​
Foto
Avatar: The Last Airbender - boek 1, aflevering 11
Foto
Avatar: The Last Airbender - boek 1, aflevering 11

​Terug naar culturele diversiteit: in het verhaal zelf personificeert dit zich in het personage Iroh, Zuko’s oom.
​
IROH
“It is important to draw wisdom from many different places. If we take it from only one place, it becomes rigid and stale. Understanding others, the other elements and the other nations will help you become whole.”

Iroh is de personificatie van wijsheid en balans. Hij biedt dikwijls emotionele begeleiding aan hen die het nodig hebben. In aflevering 9 boek 2, wordt duidelijk waar zijn wijsheid vandaan komt. Zoals Iroh zegt hierboven: door het observeren en begrijpen van andere culturen word je een rijker mens. Zo creëer je een objectieve wijsheid die niet afhankelijk is van de cultuur die jou is aangeleerd. Iroh bezit een rijkdom die niet in goud of zilver te tellen is, maar als ‘emotionele rijkdom’ te beschrijven is.
Deze wijsheden komen voornamelijk van Iroh af, maar zijn ook terug te vinden in uitspraken van anderen als goeroe Pathik, Huu en zwaardmeester Piandao.
​

PIANDAO
“The way of the sword doesn't belong to any one nation. Knowledge of the arts belongs to us all.”

​
deel IV | vriendschap in al zijn soorten en maten

Dat brengt me bij de ijzersterke thematiek van ATLA met als belangrijkste thema: vriendschap, in al zijn soorten en maten.

Aflevering 8, boek 2: Toph komt Iroh tegen. Ze hebben een gesprekje en drinken thee, als twee vreemden die elkaar toevallig tegenkomen.
Van Iroh weten we natuurlijk al dat zijn liefde ver reikt. Iroh’s onvoorwaardelijke liefde voor Zuko is de enige positieve invloed in Zuko’s leven en leert ons zoveel over de liefde van een ouder (of voogd, familielid) voor zijn kind. Dat soort liefde is onvoorwaardelijk en eindeloos, hoe moeilijk Zuko het Iroh soms ook maakt.
Terwijl ze hun thee drinken, deelt Iroh zijn wijsheid met Toph. Toph is, in tegenstelling tot Zuko, niet het object van een liefhebbend familielid — zij kent familie slechts als de personen die haar niet serieus nemen als persoon. Het is dan ook niet gek dat Toph een einzelgänger is. Afhankelijkheid voelt voor haar beknellend en beangstigend. Toph leert naarmate de serie vordert, om afhankelijkheid als iets goeds te zien. Het feit dat ze uiteindelijk andermans hulp accepteert, is bewijs genoeg.
Hieruit blijkt ook dat elk personage dient ter ondersteuning van de andere personages, bijvoorbeeld Katara en Aang, die beiden worstelen met rechtvaardigheid — is het juist iemands leven te nemen als zij het leven genomen hebben van iemand waar jij om gaf? (de moordenaar van Katara’s moeder, de Vuurheer) — en allebei een ontwikkeling doormaken in het omgaan met morele redzaamheid. Aangs visie op het onderwerp helpt Katara in haar beslissing om geen wraak te nemen op de moordenaar van haar moeder. Katara’s visie op het belang van open zijn over je gevoelens, helpt Aang om te gaan met het verlies van Appa. Beiden maken ontwikkelingen door vanwege de invloed van de ander.

Ook tussen Aang en Zuko komt dit terug. Wanneer Zuko eindelijk klaar is om Aang te helpen met het verslaan van zijn vader, blijkt dat Zuko’s vuursturing verdwenen is. Ze gaan samen op een “life-changing field trip”, op zoek naar de basis van vuursturing. De zachtaardige Aang heeft moeite vuursturing te zien als iets anders dan verwoesting en dood. Zuko moet juist leren vuursturing niet te benaderen met agressie en woede.
Beiden personages zijn heroes: Aang op de traditionelere manier door de uitverkoren hoofdpersoon te zijn in een hero’s journey, en Zuko, die meer in het traditionele archetype van hero past met zijn knappe verschijning (met litteken uiteraard), zijn verontrustende verleden, zijn verbanning en zijn morale ommekeer.
Aang worstelt met zijn rol als de Avatar, die hij liever niet is, vanwege zijn speelse, vrije karakter, en zijn afkeer van geweld. Precies aan de andere kant van het spectrum staat Zuko, die met zijn karakter alles in zich heeft de ultieme bad guy te zijn, en toch door zijn verbanning leert om te gaan met een leven dat niet om hem draait, een vijand die niet zijn vijand is, een vader die geen echte vader is, en een lotsbestemming die een illusie blijkt te zijn:
​

ZUKO
“Have you ever thought that I want more from life than a nice apartment and a job serving tea?”

IROH
“There's nothing wrong with a life of peace and prosperity. I suggest you think about what it is that you want from your life, and why.”

ZUKO
“I want my destiny.”

IROH
“What that means is up to you.”

Door het samenkomen van Aang en Zuko komen beide karakters beter tot hun recht: Zuko leert zacht en nederig te zijn, Aang leert sterk en hard te zijn, als het nodig is.
Dat is ook de reden waarom Aang vaak niet in het lijstje met ‘favoriete personages uit ATLA’ staat onder de fans, omdat zijn zachtaardige karakter niet herkenbaar is voor ons geconditioneerde kijkers als de archetypische hero in een hero’s journey. Aang heeft geen gespierd lichaam, vertoont geen machogedrag wanneer bijvoorbeeld Jet Katara inpalmt en geniet van plezier maken. Natuurlijk, hij is een uitzonderlijke stuurder die het krachtigste is van iedereen, maar dit komt slechts door de Avatar state — die hij niet vrijwillig kan en wil oproepen. In alle andere gevallen gebruikt hij ontwijken en onderhandelen als zijn voornaamste vechtstrategieën en is van geweld geen sprake.
Wéér een reden waarom ATLA baanbrekend is: de makers wisten veertien jaar geleden al dat feminisme niet alleen draait om sterke vrouwelijke personages, maar óók om ‘zwakke’ (lees: zachtaardige) mannelijke personages.

deel V | het grijze gebied

Tot slot wil ik mijn nogal enorme artikel afsluiten met een persoonlijke noot.
Voor mij is ATLA een van de zeldzame kunstwerken die het midden houdt tussen rationeel uitmuntende kunst en kunst die, zoals ik het vaak noem, “the feels” heeft — oftewel emotioneel uitmuntend is.
De laatste tijd valt het me namelijk op dat kunst die ik tof vind eigenlijk in twee categorieën valt. Aan de ene kant staat kunst die voor mij emotioneel gezien van onschatbare waarde is. Niet omdat ik het begrijp, maar omdat deze kunst me raakte. Ik lachte, huilde, voelde het. Dit is kunst die voor mij “the feels” heeft.
Aan de andere kant staan werken die voor mij niet ‘emotioneel uitmuntend’ zijn, maar die ik ‘snap’: kunst die laat zien hoe goed het is, in plaats van dat het je laat voelen hoe goed het is. Bijvoorbeeld deze dansscene uit Anna Karenina (2012) die op een hele slimme manier het gevoel van passie verbeeldt:
​

Dit soort kunst is voor mij rationeel uitmuntend. Ik krijg niet “the feels” maar vind het toch heel tof.
Zoals ik al zei valt ATLA voor mij in beide categorieën. Ik voel het wanneer Katara op de vuurnatieboot in tranen aan haar vader vraagt hoe hij hen zomaar achter kon laten. De afleveringen Zuko Alone, Tales of Ba Sing Se en Azula’s ondergang bij de laatste agni kai, laten me vaak in tranen achter. De voice acting, en de animatie, en dan haar moeder in de spiegel, en ohhh. Shit.
Maar, in tegenstelling tot de andere “the feels”-kunst, kan ik wel degelijk ATLA rationeel benaderen (ik schrijf er immers een essay over) en concluderen dat het een fantastische serie is, zelfs al zouden “the feels” er niet zijn geweest.

ATLA is een duet: zowel rationeel en emotioneel gezien, als in vele andere dingen. Het is zowel episch als verstild. Het bevat de traditionele hero’s journey met een niet-traditionele hero. Het is lachwekkend (Secret Tunnel—anyone?), maar is bij vlagen intens en eng (Koh de Gezichtensteler, het moeras met zijn hallucinaties). Het bevat grote en kleine worstelingen, zowel politiek als persoonlijk.

Oftewel: ATLA verbeeldt de constante struggle. Maar in tegenstelling tot de meeste werken heeft ATLA de guts om niet te kiezen. Het besluit om deze tweestrijd niet uit de weg te gaan, maar openlijk te gebruiken in de serie, is ongekend en baanbrekend. Het gaat over het goede (Iroh), het slechte (Azula) én de worsteling daarmee (Zuko). Het gaat over balans, en over wat er gebeurt als die balans wankelt. ATLA gaat de uitdaging van het beruchte Grijze Gebied niet uit de weg en besluit een duet te maken dat in alle opzichten excelleert.
Voor mij is dit de ware kracht van de serie en de reden dat zoveel fans er al zo lang geen genoeg van kunnen krijgen. Avatar: The Last Airbender is in al haar facetten, in al haar schoonheid en lelijkheid, haar zwart en haar wit maar voorál haar grijs, een uitmuntend werk dat gezien mag worden en waar over gepraat moet worden. Want dat verdient het.


​⸺emilia


​
0 Reacties

Recensie: Brave New Love

17/7/2018

0 Reacties

 
Foto
Achterflap: Durf jij jezelf te zijn?
         Wat als je de krachten van het vuur kunt beheersen, maar wordt gepest omdat je op hetzelfde geslacht valt? Wat als je juist door je handicap een bovennatuurlijke gave hebt? En wat als de enige manier om jezelf te zijn betekent dat je in opstand moet komen tegen alles wat je hebt geleerd?

         In de bundel Brave New Love laten tien Nederlandse YA-auteurs met hun verhalen zien dat diversiteit belangrijk is. Dat je mag zijn wie je bent. Dat je daardoor een vleugje magie in je leven kunt toelaten.

         Dutch Venture Publishing benaderde ons bijna twee weken geleden met de vraag of wij hun nieuwe diversiteitsbundel met tien diverse kortverhalen, genaamd ‘Brave New Love’ wilden recenseren. Aangezien wij jongeren zijn met uiteenlopende diverse achtergronden en veel waarde hechten aan diversiteit, zeiden we natuurlijk volmondig ‘ja!’.  

Disclaimer: Bij deze bundel staan we langer stil bij de diversiteit in de verhalen, aangezien de bundel ook op basis hiervan gepromoot wordt.

We gebruiken daarnaast in het artikel een aantal typische termen binnen het begrip 'diversiteit'. Mocht niet alles even duidelijk zijn dan raden we aan om even een kijkje te nemen in ons register voor de uitleg. 


De cover en titel
Het is leuk om te zien hoeveel details in de cover zitten. Het model leek in eerste opzicht zelf niet divers, wat we jammer vond, maar toen zagen dat ze ogenschijnlijk een arm mist. Wat goed dat de uitgeverij dat soort modellen/afbeeldingen op hun covers durft te zetten! Het model past daardoor perfect bij het thema van de bundel. Goed over nagedacht, dus! Persoonlijk hebben we meer met abstracte of getekende covers, maar desondanks is het leuk om te zien hoeveel aandacht eraan is besteed.

Over de titel zijn we iets minder te spreken. Het komt vreemd over dat een Nederlandse verhalenbundel een Engelse titel heeft. Een Nederlandse titel zou passender zijn, omdat op deze manier direct duidelijk is dat het een Nederlands boek betreft. Daarnaast komt de ‘brave’ en ‘new’ uit de titel apart over. Is het dapper en nieuw om niet hetero, blank of gezond te zijn?


Inhoudelijke recensies: 

Miranda Peters - Vuurkoningin
Diversiteit: Lesbische relatie + Daan is een POC
         Het idee voor dit verhaal was zeker interessant. Het leest goed, maar al snel bleek het dat de uitwerking er niet echt was. Dit komt deels door de wisselende ik-persoon en de infodump - eigenlijk had dit verhaal zijn boodschap even goed kunnen overbrengen zonder fantasyelementen die het enkel ingewikkelder maken. Overgangen zijn niet altijd logisch en de diepgang is vrij beperkt. De dialoog is erg apart: de personages zeggen dingen die niemand in het dagelijks leven zomaar zou zeggen. “Ik moet je vuur voelen, Lexi, alsjeblieft.”
         In het algemeen stoorde het ons ook dat het leek alsof Lexi — omdat ze op vrouwen valt — op de eerste de beste vrouw verliefd zou moeten worden. Het is een insta-love verhaal, maar het is op zo’n manier neergezet dat het meer overkomt als lust dan liefde.
         Het is ook curieus om Lexi’s love-interest een vrij mannelijke naam te geven, namelijk Daan. Dit impliceert dat er ook in een lesbische relatie een ‘man’ moet zijn of dat kan alleszins het idee geven aan bepaalde lezers. Een van ons had ook niet door dat Daan een vrouw was tot Lexi het zei.
         Dit verhaal had zeker veel potentieel, maar dat potentieel werd gewoon helemaal niet gebruikt.

Lysander Mazee Dag - Uit de diepte
Diversiteit: Homoseksuele relatie
         Dit verhaal was een van de betere in deze bundel. Het hoofdpersonage was uitgewerkt en gaf diepte aan het verhaal en ondanks dat alle gebeurtenissen logisch leken, was het einde niet voorspelbaar. We hadden echt het gevoel een afgerond verhaal te lezen.
         Het enige punt van kritiek dat we zouden kunnen noemen is dat de hoofdpersonages niet aanvoelen als ‘young-adults’. Sigurd is vorige zomer ontslagen bij de marine en werkt nu op een booreiland. Om te starten met een opleiding bij de marine moet je minimaal zeventien zijn dus eer je daar klaar mee bent, ben je waarschijnlijk het genre al wel ontgroeid.
         Het romantische plot van dit korte verhaal is lief en de trauma’s van de personages wordt niet weggewuifd en gezien als iets dat opgelost kan worden door verliefdheid. Er wordt zelfs over consent gepraat tijdens het kussen. We konden geen eerder uitgegeven werk van deze schrijver vinden, maar zijn zeer geïnteresseerd!


Sophia Drenth - Dag, dromer
Diversiteit: onbekend
         Allereerst, we hebben de diversiteit leeg gelaten omdat deze niet heel duidelijk was. Een van de personages ligt in coma en we denken dat er hier op geduid wordt. Van alle soorten ziekten of lichamelijke beperkingen (we nemen aan dat de schrijfster zo’n soort diversiteit wilde belichten) juist een coma kiezen is jammer, aangezien er coma's in overvloede bestaat in fictie. Daarnaast kan er gediscussieerd worden of een coma een beperking is, immers is het niet iets waar iemand dagelijks mee geconfronteerd wordt, moet leren leven, door wordt gehinderd, of wordt benadeeld door anderen.
         In het begin is het ook moeilijk om in het verhaal te komen. Vragen oproepen bij de lezer is belangrijk, maar dit was een beetje te veel. Het hielp ook niet mee dat sommigen de eerste POV-overgang misten en Leonis niet heel leuk vonden. Een zin als ‘Dat geloof ik niet, een mooie meid zoals jij heeft vrienden zat,’ geeft ons meteen de rillingen. Vrienden hebben toch niet alleen met je uiterlijk te maken? Slechts één van een paar rare zinnen.
         Het verhaal stak verder wel goed in elkaar. De relatie tussen de hoofdpersonages ging heel snel, maar… hadden we nu te maken met incest? Zo leek het wel. Het idee van de lijkenpikker was heel fascinerend en daar hadden we graag meer over geweten, net als over de droomwereld zelf.


Natascha van Limpt - Spiegelvrees
Diversiteit: Andere culturen + POC (Thais)
         De schrijfstijl las redelijk weg en het verhaal had een goede opbouw. De liefde kwam vreemd over aangezien het hoofdpersonage op het eerste gezicht héél woest reageert op het vrouwelijke hoofdpersonage en de volgende keer dat hij haar voor een paar minuten ziet uit het niets verliefd op haar is. Ook niet onbelangrijk: waarom laat een grootmoeder in hemelsnaam een vreemde haar kleindochter ‘redden’ om vervolgens die vreemde zelf te moeten redden, omdat hij er niet in slaagt? Het had haar energie gescheeld om zelf een poging te doen, of in elk geval samen met iemand die ze beter kent en die beter voorbereid is.
         Qua diversiteit was het even zoeken wélke andere cultuur hierin precies een rol speelde (eerlijk gezegd weten we het nog steeds niet echt?). Vaak werd er in algemene zin over ‘Aziatische culturen/klederdracht/enzovoorts’ gesproken, maar daar scheer je een enorm continent mee over één kam. Een persoon uit Pakistan lijkt in de verste verte niet op een persoon uit Japan en heeft ook een totaal andere cultuur.
         Had de diversiteit een meerwaarde in het verhaal? Nou, nee. In zekere zin had dit verhaal er precies hetzelfde uitgezien als de Thaise Dada Nederlands was en de eigenaresse van een antiekwinkeltje. We hadden nog hoop dat de plotlijn gebaseerd was op een Thaise legende, door de afkomst van het vrouwelijke hoofdpersonage, maar die hoop bleek tevergeefs. De POCs onder ons zullen hier geen stukje cultuur in terugvinden en het verhaal las niet alsof de auteur onderzoek naar welke Aziatische cultuur dan ook had gedaan (anime, manga en de welbekende Chinees op de hoek van de straat kennen we allemaal wel). Kort samengevat: de aangehaalde diversiteit speelde geen enkele relevante rol, terwijl dit wel het punt is van deze bundel. Hopelijk zal de auteur bij een volgende poging op een verhaal met diversiteit meer moeite hiervoor doen.

Isabel Peters - Sanssouci
Diversiteit: Homoseksuele relatie + Mel is een POC.
         We vonden niet alles altijd even duidelijk in dit verhaal. Zo begrijpen we nog steeds niet hoe een van de personages door de tijd rent en snappen we ook niet het random gebruik van Engelse woorden. Lunatic was hierin het meest opvallend.
Er zaten nog wat meer vreemde elementen in zoals het niet willen schelden (het is YA, niet een kinderboek, hoor!), Thomas’ motivaties, en de leeftijd van Mel en Thomas. Dat laatste gokken we nu 17/18, maar we zijn dus niet zeker.
         ​Er wordt over Mels uiterlijk gezegd dat hij voor zowel man als vrouw door kan gaan, maar hier wordt later niet meer op ingehaakt en alleen zijn gekleurde huid wordt nog genoemd.
Wat we zeker ook nog willen vermelden is dat Mel nogal spottend doet over wanen (geestesziektes). Daarnaast ook het feit dat Thomas telkens weer over zijn homoseksualiteit spreekt als een zonde of abnormaliteit vonden wij heftig -  misschien historisch accuraat, maar heftig en niet op zijn plek in deze bundel.

         De schrijfstijl zelf is oké, maar wel veel korte zinnen. De stijl verbetert naargelang het verhaal vordert. De laatste twee hoofdstukken waren goed. Wat zeker goed is, is dat we konden merken dat de schrijfster veel onderzoek heeft gedaan. Sanssouci en Berlijn kwamen voor onze ogen tot leven komen en de verwijzingen naar Maria Sibylla Merian waren heel tof!


Marijke F. Jansen - Stem van Sakura
Diversiteit: Japanse cultuur + vrouwelijk hoofdpersonage is Japans
         De schrijfstijl las prettig weg. Een van de betere verhalen als het op schrijfstijl aankomt. Voorts is de aantrekkingskracht tussen de hoofdpersonages geloofwaardiger dan bij sommige andere verhalen en was het leuk om te zien hoe ze met elkaar communiceerden terwijl ze elkaars taal niet begrepen. Qua plekken en plaatsnamen in Japan kan je merken dat er goed onderzoek is gedaan.
         Qua cultuur merkten we weinig tot niks op het voor de hand liggende na (anime, sakura/bloesem, maidcafés). Het was duidelijk dat dit verhaal vanuit een Westers (toeristisch) standpunt werd geschreven en niet vanuit iemand van/met een diverse cultuur. Dat was erg jammer, want dat was een meerwaarde geweest voor iemand met die achtergrond. Overige minpunten waren, onder andere, de ontmoeting van de hoofdpersonages. Het (Japanse) meisje op de grond laten vallen, waardoor haar slipje onder haar rok zichtbaar wordt, gaf flashbacks naar animes waar dit speciaal voor oude, perverse mannen in voorkomt. Bah. Tevens werd er geschreven dat er in China ‘Chinees’ werd gesproken, terwijl het ‘Mandarijn’ (en een honderdtal andere talen) is. ‘Chinees’ als taal bestaat niet.


Jen Minkman - Het bitterzoetste verhaal
Diversiteit: Er is een personage dat een divers gender heeft + POC + Moslim/Turks
         De verhaallijn was interessant en het was leuk om te lezen hoe de Djinns erin verwerkt werden.
         We waren echter wel zoekende naar hoe Aisha/Sayhan zich precies identificeert. Hij/zij voelt zich het prettigst in een jongenslichaam én wil ook graag een jongen zijn, wat duidt op iemand die transgender is, maar tegelijkertijd wisselt het personage tussen hij en zij. Voorts wordt er gedaan alsof Aïsha en Sayhan twee verschillende personen zijn en niet een en dezelfde persoon, dus genderfluid lijkt het dan ook niet helemaal te zijn. We zijn er nog steeds niet over uit. Wellicht was het de bedoeling van de auteur om Aïsha/Sayhan juist in geen hokje te plaatsen, wellicht had ze niet goed onderzoek gedaan.
         Overige opmerkingen: Aan het begin van het verhaal werden de genoemde specerijen en geuren ‘exotisch’ genoemd. Een vreemde aanduiding voor een personage dat ermee is opgegroeid. Ergens in het verhaal werd de uitroep ‘O Allah’ gedaan, waarschijnlijk in de trant van ‘O God’, maar dit wordt naar ons weten (we hebben het even bij moslimvrienden nagevraagd) niet gebruikt door moslims. Tot slot een ongelukkige opmerking: in het verhaal wordt beschreven dat het niet haram is om psychisch beperkte vrouwen aan te randen/te verkrachten, daarmee implicerend dat het wel haram is om vrouwen in algemene zin aan te randen/te verkrachten. We mogen toch hopen dat dát niet zo is.
         Al met al was dit wel het eerste verhaal met een andere cultuur, waar de cultuur daadwerkelijk benút wordt en niet enkel benoemd. Dat kunnen we erg waarderen.

Debora Elisabeth - Over de grens
Diversiteit: Homoseksuele relatie + POC
         Toevallig hadden een aantal van ons eerder een kortverhaal van Debora Elisabeth gelezen waar we helaas niet zo van onder de indruk waren. Dit verhaal stak beter in elkaar en dat was fijn om te zien. De diversiteit - een homoseksuele relatie - werd op een mooie en respectvolle manier gebracht. De liefdesrelatie stak organisch in elkaar, omdat de personages elkaar al kenden en het dus niet plotseling super intens werd.
         De schrijfstijl vonden we met vlagen mooi en tegelijkertijd overdadig. We stikten soms in het aantal bijvoeglijk naamwoorden dat gebruikt werd. Voorts vonden we de beschrijvingen soms vreemd overkomen doordat menselijke eigenschappen werden toebedeeld aan niet-levende dingen. Voorbeelden hiervan zijn: ‘Mijn longen slaken een zucht en zuigen zich opnieuw vol’ - een persoon slaakt een zucht, longen kunnen dat niet doen - en ‘...de jeep remt af en doet wat ik naar hem geroepen heb’ - een jeep kan niet afremmen, een chauffeur remt af.
         Het einde was mooi, maar tegelijkertijd kregen we het gevoel dat het niet een afgerond geheel was en hebben we het idee dat het verhaal pas net begonnen is.

Tamara Haagmans - Phantom of the Opera
Diversiteit: Lichamelijke beperking/ slechthorendheid
         “Verliefdheid kan al zo’n pijn doen als het om een ‘normale’ verliefdheid gaat, maar in dit geval is het net zo moeilijk uit te leggen als een horend iemand proberen uit te leggen hoe het is om doof te zijn.”
         Deze zin uit het verhaal is blijven hangen, omdat we hem ontzettend mooi vonden. Het is de eerste keer in deze bundel dat er wordt stilgestaan bij het feit dat sommige dingen gewoon niet uit te leggen zijn. De sfeer in dit verhaal was goed. De plottwist kun je zien aankomen, maar ondanks dat ben je nog steeds emotioneel bij het verhaal betrokken.
         We vragen ons echter af of de verliefdheid… nodig was. Het werd niet heel uitgebreid aangestipt dus misschien dat het verhaal zonder beter was geweest.
         Iris kwam niet erg sympathiek op ons over. “De enige reden dat ik wil blijven, is om meer over Chris te weten te komen.” Hiervoor had ze het alleen over geld dus dit voelde niet passend bij haar karakter. Iris zegt wel vaker bijzondere dingen. Zo noemt zij op het einde dat haar slechthorendheid de reden is dat ze waarschijnlijk contact kon leggen met Chris. Vreemde gedachtegang, want dat lukte een professional niet eens en zij is een kind, iemand met een gave, maar zonder jaren ervaring en waar komt die gave eigenlijk weg? Iris noemt dat als een van je zintuigen niet goed werkt de anderen het overnemen. Hoewel dit correct is, lijkt het ons niet dat je dan opeens iemands gemoedstoestand kunt voelen zonder diegene aan te kijken of geesten kunt zien. We vragen ons af of mensen met een minder gehoor zich hier in kunnen inleven. Op ons kwam het over of slechthorendheid op zichzelf niet goed genoeg was voor de schrijver. Iris krijgt immers een gave die ‘normale’ slechthorende niet hebben.
         Wij vroegen ons ook af wat de functie van de proloog en epiloog was. Deze stukken boden niet, zoals een proloog/epiloog hoort te doen een ander perspectief op het verhaal, zonder deze stukken was er niets veranderd. We zijn benieuwd naar de beweegredenen van de schrijver hierachter. Het verhaal las echter ontzettend makkelijk weg en was een van onze favorieten in deze bundel.


Oli Veyn - Sympathy for the devil
Diversiteit: Tristan is verbrand en revaliderend
         In het algemeen vonden we allemaal dat dit laatste verhaal het beste was. Het was fascinerend, goed geschreven en het is te merken dat de schrijfster veel opzoekwerk heeft gedaan naar het ziekenhuis en werking van een revalidatiecentrum. Bij dat laatste zitten we uiteraard allemaal te juichen.
Een klein schoonheidsfoutje waren de Latijnse namen voor de Engelen. Hebreeuws had ons logischer geleken.
         Als het hoofdpersonage in een mens verandert, wordt het een vrouw. Een van de eerste dingen die ze zegt is: “Hebben vrouwen zoveel gevoel?” En wij vragen ons af waarom hier niet gewoon mensen wordt gezegd. Nu klinkt het licht seksistisch. Er zitten ook een aantal opmerkingen in over haar borsten - waarom juist over haar borsten en niet het hebben lichaamshaar? (Gezien het zich over weken afspeelt, misschien plots de eerste keer ongesteld zijn?)
         De liefde in dit verhaal is heel intens en wordt ook zo beschreven. De moorden op het einde waren erg gaaf beschreven en de bad guy kwam nogal onverwacht - dat hadden we niet goed ingeschat.
Dit is zeker een goed verhaal en enkelen van ons hebben ook meteen het boek van de schrijfster besteld.

Slotwoord
         Onze meningen over de verhalen in de bundel zijn nogal wisselvallig. Enkele verhalen vinden we fantastisch, maar bij een aantal verhalen hebben we onze bedenkingen. Zo vinden we de relaties soms wat snel gaan en - ja, we moeten het benoemen - missen we soms de diepgang of kennis over de diversiteit waar de auteurs over schrijven.

         Dit was het moment voor DVP om een statement te maken en onbekende diverse auteurs aan het woord te laten. Een kans om te laten zien dat dat soort schrijvers bestaan. Die kans is blijven liggen en dat hadden wij eerlijk gezegd niet verwacht.
Deze bundel noemt niets over de diversiteit van zijn schrijvers en natuurlijk snappen wij dat je niet wilt zeggen: “Auteur A is transgender en auteur B is homoseksueel,” maar “deze bundel is samengesteld met diverse schrijvers,” was naar onze mening echt een meerwaarde geweest. Het is belangrijk dat mensen beseffen dat diversiteit niet alleen in media bestaat, maar ook in het echt. Het is niet de bedoeling dat een schrijver geforceerd wordt om zijn seksualiteit, beperking of huidskleur tot een verkoop medium te reduceren, maar die ene regel had net iets duidelijker kunnen maken dat diverse mensen ook in het echt bestaan en dat we het hier niet over een ver-van-je-bed-show hebben zoals bij vampiers. Het valt niet te ontkennen dat het echt een meerwaarde heeft voor diverse tieners om te weten dat niet alleen personages, maar óók schrijvers zoals zijzelf bestaan. Dat het verhaal geschreven wordt door iemand die net zoals zij is en wéét hoe het voelt. Naar onze mening is dit geen hokjesdenken, maar slechts het aan het woord laten van personen die weten waar ze het over hebben. Dit argument halen we specifiek bij deze bundel aan, omdat het gepromoot wordt als ‘diversiteitsbundel’. In die zin plaats je de bundel al in een hokje en daarmee worden ook bepaalde verwachtingen geschept.

         Het is belangrijk dat we over deze bundel praten, omdat diversiteit belangrijk is en het is tijd dat dat genormaliseerd wordt. In alle genres. Het was het doel van de uitgever om mensen aan het praten te krijgen en dat is gezien de reacties op het boek zeker gelukt. Het boek bevat bijna 400 bladzijden en heeft dus ruim 92K woorden om een mening over te hebben.

         Toen een van ons Simon VS las, vond ze het geweldig omdat ze zich eindelijk gerepresenteerd voelde. Achteraf gezien was het misschien niet accuraat, maar het was er toen zij dat nodig had. En wij hopen dat dit boek dezelfde functie kan hebben voor andere mensen in Nederland. Als er iemand is die nu beter tegen ‘andere’ mensen aankijkt of zichzelf meer accepteert, dan zijn wij gelukkig. Maar het was niet helemaal ons boek en dat is ook oké. Hopelijk zullen de kritische punten meegenomen worden om bij dit soort verhalen meer te verdiepen in de diversiteit als het verhaal daarom draait en de mensen waarover het gaat een stem te geven. Niet om auteurs beperkingen op te leggen in wat zij wel of niet mogen schrijven, maar juist om mensen wiens verhaal het daadwerkelijk is, de kans te geven deze zelf te vertellen in een fictief jasje. We hopen voorts dat dit DVP niet ontmoedigd heeft om nog meer diversiteit op de markt te brengen, want we kunnen niet wachten om iemand als onszelf te zien als doder van draken, sluipmoordenaar en ja, zelfs als tiener.

We hebben besloten deze bundel drie sterren te geven.

Sofie en Phoenix

0 Reacties

Vlaams taalgebruik

12/7/2018

1 Reactie

 
Er wordt in het algemeen gesproken over de Nederlandse boekenwereld, al is het iets correcter om te zeggen de Nederlandstalige boekenwereld. Nederlands mag dan wel vooral door Nederlanders gesproken worden, de zes miljoen Nederlands-sprekende Vlamingen zijn er uiteraard ook nog. En om verwarring te voorkomen: ikzelf ben een van die ingetogen Vlamingen die kennelijk met een zachte g praat.

Na mijn ervaring met Nederlanders binnen de boekenwereld ben ik tot enkele interessante conclusies gekomen: kennelijk spreken álle Vlamingen met een zachte G - ik dacht dat het altijd gewoon de West-Vlamingen waren die hun G vervangen door H, maar in het algemeen klinkt de G meer naar het noorden dus harder - spreken we zo beleefd omdat we iedereen aanspreken met ‘gij’/’ge’ en gebruiken we foute woorden zoals ‘gazet’ en ‘kleedje’.

Ik vind deze opmerkingen wel vermakelijk, soms begint het wat saai te worden om het steeds te horen. Vooral omdat er zeker over de twee laatste zaken heel neerbuigend gedaan wordt door sommige van onze noorderburen. Zeker in boeken wordt Vlaams* taalgebruik niet bepaald geduld. Het dient eruit gefilterd te worden, zoals dialect.

Om te beginnen wil ik zeer graag de kwestie gij/ge eens duidelijk uitleggen. Als een Vlaming je aanspreekt met ‘gij’, moet je niet denken dat hij of zij naar je opkijkt. Het is informeel taalgebruik. Als een Vlaming in in een formele situatie terecht komt, zal hij juist meer ‘jij’ gebruiken en afhankelijk ‘u’. Waar komt de misvatting van het formele ‘gij’ vandaan? De Statenbijbel die de Republiek der Zeven Nederlanden in het mooie jaar 1637 uitbracht. Er werd toen gezocht naar een nog formelere vorm dan ‘u’ om God mee aan te spreken en hiervoor koos men ongelukkigerwijs ‘gij’. We zitten hier vlak na de periode dat de zuidelijke Nederlanden weer gedwongen katholiek werd: geleerde Brabanders - vaak protestants - trokken dus naar het noorden. ‘Gij’ was de aanspreking die ze het meest gebruikten en omdat dit wat speciaal was in het noorden, werd dit in de Statenbijbel opgenomen als de formele aanspreking voor God.

In het zuiden - algemeen dus Vlaanderen nu, maar vergeet niet dat er nog wel een verschil is tussen Brabanders en Vlamingen, maar da’s ingewikkeld - bleef ‘gij’ gewoon de omgangsvorm. En dat is zo gebleven. Dus néé we stellen niemand gelijk aan God met onze gij/ge en je mag blij zijn als een Vlaming je zo begint aan te spreken, want dat betekent dat we over onze taalschaamte heen zijn gekomen. We zijn ons namelijk na jaren gedwongen ABN - bleh, wat een lelijke term was dat - op scholen zo bewust geworden dat we niet ‘juist’ zouden spreken. Als we dan informeel gij en ge beginnen te gebruiken dan “zijt ge echt ne toffe”.  Wees blij: je hebt een nieuwe vriend of anders op zijn minst iemand die besluit dat je wel oké bent.

Nou, zo veel heeft dit niet te maken met boeken, al vind ik het een interessant concept dat, zodra dit in een manuscript zou verschijnen, een uitgeverij het eruit zou willen filteren. Zelfs al speelt het verhaal zich af in het mooie Antwerpen, of is het personage een Vlaming. Toch is het een omgangsvorm die maar liefst zes miljoen mensen gebruiken. En zijn het niet juist sprekers die beslissen wat correct is en wat niet?

Dit is bij uitbreiding toepasbaar op veel Vlaamse woorden en uitspraken. Kleedje, blokken, kot, toog, gazet, croque-monsieur, dat kan me geen haar schelen, regels hebben, buizen op school. In boeken worden ze weggefilterd. Het is geen Standaard Nederlands. Maar excuseer: in België is het perfect normaal deze woorden te gebruiken. Iedereen van mijn vriendinnen weet wat ik bedoel als ik zeg dat ik mijn regels heb - dan ben ik ongesteld. (Intimideer ik nu de mannen? Meiden bloeden maandelijks uit haar vagina.)

Zulk taalgebruik wordt dus gebruikt en begrepen door véél, véél mensen. Toch wordt het uit boeken gefilterd omdat het niet voldoet aan normen, omdat sommige Nederlanders het niet zouden begrijpen. Maar als Vlaming moet ik het toch maar doen met die vreselijke, Nederlandse vertalingen van Harry Potter, moest ik maar weten wat er bedoeld werd met ‘sodemieter eens op’, ‘patat’ in plaats van frieten, ‘jam’ en nog heel wat andere woorden waarvan ik letterlijk maar moest uitvissen wat ze betekenden. (Kunnen jullie bijvoorbeeld ook niet gewoon zeggen hoe oud iemand is in plaats van in welke ‘klas’ hij/zij zit? Tof als je als 9-jarige nooit weet hoe oud de mensen in je boeken zijn…)

Vind ik dat erg? In eerste instantie niet: zo leer ik nieuwe woorden. Wat ik echter wel érg vind, is dat van mij als Vlaming verwacht wordt dit zomaar te aanvaarden omdat het gewoon taalgebruik is in Nederland terwijl er kennelijk van Nederlanders niet hetzelfde gevraagd kan worden van Vlaamse woorden.

Zo weten we voor een feit dat een van onze medeblogsters afgekeurd is tijdens een wedstrijd omdat haar verhaal ‘te Vlaams’ was.Ik zag vandaag nog een Nederlander die klaagde over het gebruik van ‘kleedje’ in een boek. Dat is simpelweg het meest gebruikte woord hier. Wij wéten als Vlaming dat jurkje hetzelfde betekent, maar dat gebruiken we iets minder. Het ergste is vooral dat deze persoon perfect wist wat het woord betekende, het was niet eens een taalbarrière, maar het was geen ‘standaard Nederlands’.

Wat maakt dat nu uit? Voor mij is standaard Nederlands simpelweg woorden die veel gebruikt worden in het Nederlands en het maakt niet uit waar. Ik aanvaard het woord ‘kleedje’ evengoed als het woord ‘jurkje’. Ik vind het best fijn dat ik nu weet wat ‘sodemieter op’ betekent, dan is mijn vocabulaire ook nog eens gegroeid. Maar kennelijk moet ik mijn Vlaamse taalschat vergrootte met typisch Nederlands Nederlandse woorden zodat ik deze ook continu zal toepassen in schrijftaal en zal schrijven zoals de eerste de beste Hollander.

Maar néé, dat weiger ik. Zodra ik dat doe, schrijf ík niet meer, maar schrijft een ideaal taalbeeld opgedrongen door saaie taalpuristen die verscheidenheid niet appreciëren.

Het mooiste aan taal is juist hoeveel variatie erin zit, afhankelijk van tijd en ruimte. Ik vind het een grote meerwaarde om typisch Nederlandse woorden te leren en ik wéét dat enkele Nederlanders die ik ken, nu ook gewoon typisch Vlaamse woorden, zoals ‘kot’, ‘regels hebben’  en ‘goesting’ gebruiken in het dagelijks leven (dat laatste is zelfs het favoriete woord van een van deze Nederlanders). Iedereen zou moeten mogen spreken zoals hij of zij mooi vindt - natuurlijk binnen grenzen van het begrijpbare.

Als boeken zijn bedoeld om de woordenschat van mensen uit te breiden, waarom zijn woorden die typisch zijn voor bepaalde delen van Nederland (zoals de Randstad, waar de meeste uitgevers zitten) dan wel toegestaan en Vlaamse woorden niet? Iemand uit het oosten van Nederland zal 'happen die bel' net zo slecht snappen als 'regels hebben. Vlaams is niet eens een dialect zoals Drents dat zou zijn, zie het als het verschil tussen Brits en Amerikaans Engels, die beiden correct zijn en hun eigen dialecten hebben.


Wat ik denk dat véél Nederlanders ook niet goed beseffen, is dat Vlaanderen eeuwen aan taalonderdrukking en taalachterstand achter de rug heeft. Na dat gedoe met Filip II moest Nederlands in Vlaanderen steeds onderdoen aan het Frans. Hoeveel Nederlanders weten zelfs dat bij het ontstaan van België in 1830 Frans de enige landstaal was, ook al sprak een groot deel van de bevolking verschillende Nederlandse dialecten?

Als je toen werd beschuldigd van iets, was je proces in het Frans : de gewone Vlaming begreep niets en kon zich niet verdedigen. Het gebeurde pas later (begin 20e eeuw, denk ik) dat Vlaanderen werd erkend als een taalgebied waar Nederlands gesproken werd. In WOI stierven Belgen aan het front omdat officieren uitsluitend Frans spraken en de soldaten géén Frans konden en dus geen bevelen konden begrijpen. De universiteit van Leuven is pas sinds 1968 Nederlandstalig (remember de studentenrevolte?) en tot op vandaag wordt er verwacht van een Vlaming om Frans te kunnen spreken, terwijl Waalse collega’s zelden goed Nederlands kunnen - dat is tevens hun schuld niet, Nederlands is in hun scholen niet altijd verplicht als vak.

Om dit feit bij te stellen: een van ons is lid geweest van een nationale selectie waar dus zowel Vlamingen als Walen mee waren en de Nederlandstalige trainer had doodleuk het volgende gezegd: “Wij spreken Frans omdat de Walen geen Nederlands kunnen.” Dat was niet eens neerbuigend bedoeld, het was gewoon zo.

Met andere woorden: het is pas vrij recent dat Nederlands in België oké is en het is pas héél recent dat Vlamingen zich er bewust van zijn dat Vlaams Nederlands ook gewoon goed Nederlands is. Wanneer ik dan hoor hoe een Vlaamse auteur verplicht was Vlaams taalgebruik uit zijn boeken te filteren omdat ‘Nederlanders het niet begrijpen’, vind ik dat absurd. Nederlanders, jullie zullen het heus wel begrijpen: het zijn hoogstens wat andere woorden en enkele zeer specifieke gezegden. Schrijftaal is immers nog steeds algemeen en overkoepelend.

Gezien het een best recent fenomeen is, wil ik graag even het boek WIL van Jeroen Olyslaegers betrekken. Dit boek beschrijft de vijf jaren Duitse bezetting tijdens WOII in Antwerpen. Het boek is geschreven in Antwerps dialect. Zelfs voor bepaalde Vlamingen is het bijgevolg wat lastig, want Antwerps is wel zeer specifiek.

Ik denk dat enkelen misschien denken dat ik bedoel dat een Vlaming gewoon zomaar in zulk specifiek taalgebruik - Antwerps, West-Vlaams, Mechels - zou moeten mogen schrijven, maar ik heb het op het moment meer over kleine woorden en uitspraken die zouden moeten mogen blijven staan - de woorden en gezegden die iedere Vlaming wel in zijn dagelijks leven gebruikt. In het geval van WIL vind ik het Antwerps gewoon perfect passen: het personage is Antwerps in een periode dat dialect echt gewoon de standaard was. Bovendien mag de Vlaming (vooral Antwerpenaar) ook wel eens wat lezen in hun typische taalgebruik. (Want om de stereotypen te onderhouden: Antwerpenaren hebben dat nodig om hun ego bij te schaven…)

Wanneer het echter bijvoorbeeld YA, fantasy, scifi, en zo verder betreft, vind ik dat ongeacht locatie, wereld en tijd er wel ruimte mag zijn voor ‘regels hebben’ en eens een ‘kleedje’. Gij/ge daarover kan gediscussieerd worden - ik ben voorstander, maar dat terzijde - maar zeker het woordgebruik zou op zich gewoon moeten kunnen, vind ik.

Persoonlijk probeer ik in mijn werken altijd zeer redelijk te blijven en gebruik ik niet expres Vlaams taalgebruik, maar probeer ik te overkoepelen. Bepaalde gezegdes en woorden typisch voor mijn regio wringen zich er dan tussen. Waarom? Omdat ik het mooi vind en omdat ik er vaak niet eens bij stil sta. En dat blijft voor mij een van de belangrijkste redenen om auteurs aan te moedigen - Nederlander of Vlaming, maakt niet uit - niet bang te zijn zo nu en dan een woord, meer typisch voor hun regio te gebruiken. Met internet kan iedereen het toch opzoeken en als jij het mooi vindt, misschien iemand ver weg dan ook en dan heb je weer iets prachtig kunnen delen.

Daarnaast: begrijp ook als auteur dat als je een recensie krijgt van over de landsgrens, dat de kans dan bestaat dat de reviewer zegt: “Ik heb me gestoord aan sommige woorden of zinnen, dus het spijt me maar ik ga geen boeken meer van je lezen.”

Aangezien ik dit al jaren ervaar - de hele tijd woorden moeten opzoeken - ken ik deze struggles maar al te goed. Dit is dus niet persoonlijk, maar het is gewoon heel irritant als je niet een keer per hoofdstuk, maar drie keer op vijf pagina’s naar mijn gsm moet zoeken om te weten wat een woord betekent. Dat moet ik zelfs bij Engelse boeken niet en ik raak steeds afgeleid door mijn gsm. Dus neem het gewoon niet persoonlijk!

Om af te ronden wil ik dit nog graag zeggen aan alle Vlaamse lezers en auteurs die dit lezen: wees trots op je taalgebruik! Niemand kan zeggen wat zomaar juist of fout is, want taal is iets zeer dynamisch, en bovendien is het deel van onze cultuur die zo lang onterecht afgeschreven is geweest als dom en boers. Laat anderen maar weten dat al wat Vlaams is, ook gewoon mooi is.

*Vlaams in dit artikel duidt niet op dialecten (zoals sommigen wel zouden kunnen denken) maar op wat het gewoon is: het algemeen gebruikt Nederlands in héél Vlaanderen.

Livia & Gaos (wij unificeren onze meningen als een en dezelfde)

1 Reactie

Recensie: The Orïsha Legacy 1 - Bloed en beenderen

10/7/2018

0 Reacties

 
Foto

Achterflap: Ooit leefden er in Orïsha mensen met magische krachten. Tot een wrede koning besloot de maji, een minderheid met donkere huid en zilverwitte haren, te vervolgen. Zélie kan zich de nacht dat ze toe moest kijken hoe de handlangers van de koning haar moeder ophingen nog levendig herinneren. Sindsdien is magie een doodzonde en een donkere huid iets om op neer te kijken.

Tien jaar later krijgt Zélie de kans om de magie terug te brengen naar Orïsha. Met de hulp van een prinses op de vlucht, moet ze uit handen zien te blijven van Inan, de kroonprins, die vastbesloten is de magie nu voorgoed uit te bannen.

Gevaar ligt overal op de loer in Orïsha, maar het grootste gevaar schuilt misschien nog wel in haar groeiende gevoelens voor de vijand...



De cover en titel

Met een titel als ‘Bloed en Beenderen’ verwachtte ik een high fantasy vol actie en magie en bloed en beenderen (spoiler alert: die verwachtingen worden ruimschoots waargemaakt). Als fantasy-fan had ik niets aan te merken op de titel. Hij is misschien een tikkeltje cliché, maar tegelijkertijd schept het ook duidelijke verwachtingen. De cover vond ik al direct fantastisch. Vooral hoe hij voelt. De zwarte achtergrond met schetsachtige tekening zijn zowel origineel als kunstzinnig en het past ook nog eens perfect bij de inhoud van het boek.

Inhoudelijke recensie
Fair, voor ik het boek las, had ik al lovende commentaren op instagram en krantenartikels gelezen. Dat ik het geluk had een exemplaar te winnen doet me altijd nog meer genieten van het boek en halverwege had ik het geluk om Adeyemi - the queen herself - te mogen ontmoeten op Yalfest. Wat een vrouw, zucht.

Heeft dat mijn enthousiasme beïnvloed? Half, want om heel eerlijk te zijn heeft (op het winnen van een boek na) dit soort dingen in 90% van de gevallen een tegengesteld effect op mij. Aangenaam, Gaos, cynicus eerste klas en bij voorkeur advocaat van de duivel. Ondanks dat mijn motto ‘Eerst zien, dan geloven.’ is (al helemaal als ze gaan strooien met termen als ‘de nieuwe Rowling’), kan ik nu al spoileren dat ik van dit boek genoten heb.

Een één-zin-samenvatting: Zélie is een vechter, een ‘waardeloze’ Diviner die met een riskante onderneming de magie terug onder het volk wil verspreiden en zo met haar vrienden en bondgenoten een einde wil brengen aan de onderdrukking van de diviners.  (Ja, ik kan monsters van zinnen maken.)

Naast Zélie met al haar trauma’s en haar vechtlust, heb je ook nog alle tegengestelde visies in een maatschappij die perfect toegepast kunnen worden op de onze. Van de onderdrukte, tot de overheerser, de bijstander, zij die in hun lot berusten en zij die rebelleren, allemaal heeft ze ze prachtig omvat in een boek waarin onderdrukking, mishandeling, slavernij en zoveel meer perfect aangehaald wordt. Adeyemi gebruikt de West-Afrikaanse cultuur en mythologie, haar eigen achtergrond, als basis en bouwt er een rijke fantasywereld omheen die qua thema’s gelijkenissen vertoond met de oneerlijke situatie in de Verenigde Staten.
Al jaren werd hiervoor gevochten en het werd tijd dat iemand zo een boek zou schrijven. Ik noemde Adeyemi niet voor niks ‘queen’ in de inleiding, daarmee plaats ik haar naast de (voor mij dan toch) heilige boeken van Leigh Bardugo, mijn favoriete YA-schrijfster.

Vanaf het begin word je meegesleurd op een reis die vanuit meerdere standpunten bekeken wordt met gebeurtenissen die letterlijk alle richtingen op gaan en plottwists die uit de lucht komen vallen, maar toch zo goed passen dat je nooit het gevoel hebt van ‘dit is toch wel echt een beetje vergezocht’. Ik heb er na jaren van schrijven, lezen en series kijken een sport van gemaakt om gebeurtenissen te voorspellen en hoezeer ik het ook probeerde, het ging niet. Dat alleen al maakte het voor mij een pareltje.

Met zo’n hoeveelheid aan personages loop je heel vaak het risico dat er bepaalde stukken minder goed uitgewerkt zijn of bepaalde personages als papieren figuren aanvoelen die er enkel zijn om het verhaal wat te stutten. Wel, Adeyemi is erin geslaagd om dat niet te doen, ondanks dat alles zet ze ieder persoon met zijn eigen waarde en respect neer. Elk van de personages heeft bovendien een duidelijke eigen stem en moet de nodige persoonlijke monsters overkomen. Hierdoor maken ze een mooie ontwikkeling mee, zij het in positieve of negatieve zin. Haar pen is goud waard, ik zweer het je.

Kijk, ik richt me vooral op personages en gebeurtenissen, taal is voor mij in een boek vooral een middel dat dit moet ondersteunen en versterken. Toch moet ik de vertaler een pluim geven voor de adequate zinnen! Het waren mooie constructies waarin je zelden merkte dat het uit het Engels vertaald werk was en als we dit herleiden naar Adeyemi zelf, heeft ook zij een pracht van een job gedaan met haar taalgebruik, metaforen en zinnen.

Het belang van de heiligdommen te midden van prachtige stukjes natuur in de West-Afrikaanse - Nigeriaanse - cultuur kwam heel mooi terug in het boek. De West-Afrikaanse cultuur is in alles te vinden, van de namen en de flora en fauna tot de wapens, dieren en de kledingstijl. Dit zorgt ervoor dat je je daadwerkelijk in een andere wereld waant. Ik zag zo al de rijke locaties vol bos en bomen, maar ook zee, zand, bergen en woestijnen voor me en dat alles terwijl er nog een sterk staaltje verhaal geplaatst werd.

Slotwoord
Kijk, ik heb geprobeerd om advocaat van de duivel te spelen, maar zelfs de cynicus in mij smolt weg als een ijsje onder de zon bij het lezen van dit boek. Stiekem wilde ik dat ik het boek had geschreven, maar ik weet dat ik het bij lange na niet zo goed had kunnen doen als Adeyemi.

Dit is dan ook het eerste boek, waarbij ik meer dan een jaar op voorhand het tweede deel gepre-orderd heb. Is de vergelijking met Rowling terecht? Nee, Adeyemi is beter! (En met mijn voorgeschiedenis als HP-fan is dat geen licht ding om te zeggen.)

Daarbij, de Amerikanen hebben voor mij nu ook bewezen dat ze niet altijd stomme keuzes maken bij verkiezingen: dit boek is namelijk verkozen tot summer-read van Jimmy Fallon!

Gaos

0 Reacties

Soof's cinema - Juni

8/7/2018

0 Reacties

 
Sinds april heb ik een abonnement op de bioscoop en in tegenstelling tot mijn sportschoolabonnement maak ik hier wel veelvuldig gebruik van. Ik heet jullie welkom in ‘Soofs cinema’, waarin ik vanaf nu elke eerste zondag van de maand vertel over de films die ik heb gezien en of het aanraders zijn. Het zullen de ene maand wat meer films zijn dan de andere, maar we gaan het zien.

Allereerst, de films die ik in juni op het grote scherm zag:
Vrijdag 1 juni - Overboard
Maandag 4 juni - 2001: A SPACE ODYSSEY - 50th anniversary
Woensdag 6 juni - JURASSIC WORLD: FALLEN KINGDOM (3D)    
Donderdag 14 juni - Love, Simon
Woensdag 20 juni - Ocean’s 8
Zaterdag 23 juni - Incredibles 2

Donderdag 28 juni - Tag
Zaterdag 30 juni - Redbad

Tijd om ze in chronologische volgorde af te tikken!

Overboard is een romantische comedy en een remake van een film uit 1987 met exact dezelfde naam. De film draaide al een tijdje in de Verenigde Staten voordat de bioscopen in Nederland hem overnamen. Het grootste verschil tussen deze remake en de originele film zit hem erin dat de sekses van de meeste hoofdrolspelers zijn geswitcht. Er zitten verder maar een paar aanpassingen in de film en in sommige scènes is de dialoog zelfs een-op-een hetzelfde. De meest gehoorde kritiek op de film is dan ook dat deze niets origineels aanlevert, maar daar ben ik het niet mee eens want ik vond de personages uit deze remake een stuk sympathieker. In de originele film leefde ik niet echt mee omdat de mannelijke variant van Kate ronduit een zak was.
Overboard gaat over Kate, een alleenstaande werkende moeder wier man is overleden en die druk bezig is met studeren om een zuster te worden. Om geld op de plank te brengen naast haar studie werkt ze als schoonmaakster.  Wanneer ze wordt ingehuurd om een luxe jacht, behorend aan de rijke Mexiaanse playboy Leonardo, schoon te maken, komen de twee in conflict. Leonardo ontslaat haar en duwt Kate van zijn boot af, helaas voor hem komt hij even later zelf ook ten val en heeft geheugenverlies. Wanneer zijn zus doet alsof ze hem niet herkent en zijn dood faket, komt Kate naar het ziekenhuis en vertelt dat ze getrouwd zijn. Leonardo wordt hierop aan het werk gezet zodat Kate genoeg tijd heeft om zich op haar studie te focussen.
Het zal geen grote verrassing zijn hoe deze film eindigt, maar ik was er meer door geraakt dan ik vooraf had gedacht. Er zit een scène in met de dochters van Kate waar ik echt even om heb moeten huilen. Deze film verraste me door de manier waarop ik mij in de personages kon inleven en de humor die verrassend goed in mijn straatje lag. Het niveau van romcoms ligt normaal niet zo hoog en daarom was deze voor mij ook echt wel bovengemiddeld.
Deze film wordt door critici bijzonder slecht ontvangen. Het zou een slechte remake van een mediocre film zijn en scoort gemiddeld maar een 4,2 online en dat is jammer. Dit is geen hoogstaand epic verhaal en misschien is het ook geen goede bioscoopfilm, maar mocht je hem ooit op Netflix zien staan, dan zou ik hem aanraden.

2001: A SPACE ODYSSEY  draaide vijftig jaar geleden voor het eerst in de bioscoop en om dat te vieren draaide de originele film voor een paar weken weer in de bioscoop. Ik had hiervoor wel van deze film gehoord, maar ik had hem eerlijk gezegd nog nooit gezien.
De film bestaat uit vier hoofdstukken waarvan sommige duidelijker zijn dan anderen. Het eerste deel speelt zich af in prehistorisch Afrika, het tweede in 1999 en het derde en vierde deel achttien maanden later. De laatste twee delen gaan over astronaut Dale onderweg naar Jupiter. Al deze delen staan met elkaar in verbinding, maar op welke manier is niet altijd even duidelijk.
Het is nu bijna een maand geleden dat ik deze film zag en ik heb nog steeds geen idee wat ik ervan moet vinden. Ik viel bijna in slaap tijdens deze film, dus echt goed zou ik hem niet noemen (of ik was oververmoeid), maar echt slecht zou ik hem nou ook weer niet noemen. Ik was de bioscoop namelijk nog niet uit of ik zat al op Google om een aantal vragen op te zoeken over het einde. Deze film is zo bizar. Het is een hele surreële sci-fi klassieker dus zeker kijken als je dat interessant vindt. Het internet kon mijn vragen niet beantwoorden trouwens...

Jurassic world: Fallen Kingdom is alweer het vijfde deel in de Jurassic Park franchise. De eerste film dateert uit 1993, waarna deel twee in 1995 volgde en deel drie in 2001. Hierna lag het meerdere jaren stil en volgende deel vier in 2015 en uiteindelijk dit vijfde deel in 2018. Deze laatste twee films spelen zich 22 jaar na de eerste trilogie af en zijn in principe los te volgen, dit weet ik, omdat ik beschamend genoeg voor ik in de bioscoop zat nog geen eerdere Jurassic-film had gezien. Ooit.
Het plot van deze film is vrij simpel: het themapark waar tot leven gehouden dinosaurs werden gehouden is verlaten en de dinosaurs lopen er nu vrij rond. De vulkaan op het eiland staat op het punt om uit te barsten en de vraag rijst of deze levende wezens weer opnieuw moeten uitsterven of niet. De helden van het verhaal vinden van niet en gaan er naartoe om zo op de plannen van een op geld belust persoon te stuiten, die dan weer gestopt dient te worden.
Ik keek deze film in eerste instantie alleen omdat Chris Pratt erin speelt en dinosauriërs ontzettend cool zijn. En deze film stelde daarin ook absoluut niet teleur. Was het zo goed dat ik meteen de vorige films heb gezien: nee. Maar het was wel indrukwekkend en ik zou zeker naar opvolgende films gaan. Er is nog geen sprake van een principe waar ik zat van ben, al kan dit natuurlijk prima als je alle voorgaande films hebt gezien zoals mijn vriend.
De storyline was duidelijk te volgen zonder voorafgaande geschiedenis dus vooral uitproberen als je zin hebt in een redelijk simpele sci-fi. Een vervolg staat gepland voor 11 juni 2021 dus je hebt nog even de tijd.

Love, Simon liet mij voor de eerste keer beleven hoe een uitverkochte bioscoopzaal eruitziet. Wij waren te laat met het ophalen van onze gereserveerde kaartjes en de bioscoop had ze al verkocht aan iemand anders. We konden gelukkig alsnog op de laatste twee vrije stoelen en wow, wat een film was dit!
Love, Simon is de boekverfilming van Simon vs de verwachtingen van de rest van de wereld van Becky Albertalli en gaat over Simon, een jongen van zestien jaar die homoseksueel is en nog niet uit de kast is. Hij raakt op een gegeven moment aan de praat met een andere jongen op zijn school en anoniem wisselen ze e-mails uit totdat Simon wordt ontdekt en gechanteerd.
Deze romantische comedy draait voornamelijk over de verliefdheid van Simon op Blue, de jongen met wie hij schrijft en wiens identiteit hij probeert te ontmaskeren. Deze film gaat dan ook niet per se om het uit de kast komen van Simon, maar noemt wel de angst over hoe vrienden en familie zullen reageren.
Dit boek heeft een poosje zoveel voor mij betekend dat ik al moest huilen bij de trailer toen ik in de bioscoop zat. Ik heb in de bioscoop tijdens de film zelf ook een aantal mensen horen huilen.
Dit was een goede film in zijn genre al kan ik er best, net als op het boek, een aantal dingen op aanmerken. Simon vind ik bijvoorbeeld nog steeds geen heel erg leuk karakter. Dat Simon niet mijn favoriet was, neemt niet weg dat deze film een goede boodschap had en bij vlagen ontzettend grappig en ontroerend was. Iedereen die wel eens romcom kijkt, moet deze film ook maar gewoon afwerken.

Ocean’s 8 was een film die ik gewoon moest zien. Ik hoorde van vrienden dat het seksistisch was om een film te willen zien, alleen maar omdat er alleen maar vrouwen in spelen, maar daar ben ik het niet mee eens. Ik bedoel, ik kijk ook genoeg films alleen maar omdat er een bepaalde acteur in speelt. Ik keek Love, Simon alleen maar omdat er een LHBT-personage in zat.
Ocean’s 8 is onderdeel van de Ocean’s franchise. De eerste drie films, met onder andere George Clooney als hoofdpersonage, gingen over een groep van respectievelijk 11, 12 en 13 mannen die overvallen pleegden. Deze film gaat over het jongere zusje van George’s personage dat nadat zij zelf uit de gevangenis komt een team van acht vrouwen samenstelt om het Met-gala te beroven. I guess it runs the family.
Deze film heeft meerdere grote namen, net als zijn mannelijke variant en geeft ons onder andere een acterende Rihanna.
Dit is een ideale film om te kijken met vriendinnen op een filmavond. De humor was geplaatst en de beelden van het Met-gala waren ronduit prachtig. Ik vond het geweldig om zoveel sterke vrouwen samen te zien die elk uit een ander deel van de samenleving leken te komen.
Het enige wat ik minder vond was het feit dat een van de hoofdpersonages wraak wilde nemen op haar ex. Kunnen vrouwen nou nooit iets doen zonder dat er een soort van romantisch plot in zit? Voor de rest, geweldig en als je graag naar dit soort films kijkt of gewoon een zwak hebt voor sterke vrouwelijke hoofdrollen zou ik zeggen: ren naar de bios.

Incredibles 2 is het vervolg op een film van ruim veertien jaar terug. Veertien jaar, dat is immens, zeker voor een kinderfilm. Het verbaasde mij dan eigenlijk niet zoveel dat ik in een overvolle zaal zat met allemaal twintigers.
De regisseur van het eerste deel zei dat hij alleen een vervolg wilde maken als dat net zo goed voelde als het eerste deel en in dat opzicht ben ik absoluut niet teleurgesteld.
Het begon al goed met het animatiefilmpje vooraf, het was ongelofelijk schattig en op sommige punten verontrustend en ging over een vrouw met legenestsyndroom. Als je de Incredibles niet wilt zien, zou ik ‘Bao’ alsnog opzoeken online.
Niet dat ik mij voor kan stellen dat je de Incredibles niet zou willen zien. Deze film speelt zich in de dagen na de eerste film af. Er is nog steeds discussie over het gegeven dat superhelden verbannen zijn. Elastigirl wordt benaderd door een bedrijf om superhelden weer in een goed daglicht te stellen en gaat aan het werk terwijl Mr. Incredible thuis voor de kinderen zorgt. Al snel krijgt het gezin te maken met een vijand genaamd de Screenslaver en moeten ze met z'n allen de wereld redden.
De film heeft niet alleen humor, maar ook een boodschap over het gebruik van technologie. Ik heb geen idee hoe deze film het bij kinderen doet, maar de twintigers bij mij in de zaal vonden hem hilarisch.

Tag is een waargebeurd verhaal over een groep vinden die nog steeds elk jaar in mei tikkertje speelt. Dit jaar zijn ze van plan om Jerry te tikken, hij is al dertig jaar nog nooit ‘het’ geweest, omdat hij tot het uiterste gaat om niet getikt te worden. En deze mannen gaan vér om niet getikt te worden, van een baan aannemen als schoonmaker omdat hun vriend de CEO is, tot een achtervolging in golfkarretjes of het tikken tijdens een begrafenis of bevalling. Deze mannen spelen tikkertje op een heel intens niveau.
De zaal zat vooral vol met mannen en ik merkte ook dat mijn vriend deze film grappiger vond dan ik. Ik ergerde mij op sommige momenten aan de hoeveelheid alcohol en wiet die de personages gebruikten, toch was dit een leuke comedy en is het principe van dertig jaar lang tikkertje spelen bijzonder interessant. Als je in bent voor een beetje plat vermaak (al is er zeker wel een plot en zag ik bepaalde dingen niet aankomen) zou ik zeker deze film zien.

Redbad is gebaseerd op de Friese koning Radboud, die rond 700 na Christus in conflict lag met de Franken. Hoewel de film gebaseerd is op een echt bestaande man, was er veel onduidelijkheid over zijn leven en dit is door de filmmakers verder ingekleurd. Ook met de wel aanwezige informatie is niet altijd even waarheidsgetrouw omgegaan, zo veranderde een dochter bijvoorbeeld in een zus.

Ik wilde deze film eigenlijk alleen zien omdat er veel kritiek op was vanuit de Verenigde Staten. Redbad was namelijk ontzettend tegen het Christendom en deze film belicht dat geloof niet op een al te positieve manier.
De regisseur van deze film maakte met zijn vorige historische epos Michiel de Ruyter veel bewondering los. Michiel was voor een kort moment de vaderlandse held en dat hij een groot aandeel had in de slavenhandel vergeten we dan maar even. Waar Michiel de Ruyter vooral lof oogstte, is deze film van bijna drie uur een stuk minder enthousiast ontvangen. In het meest positieve geval krijgt het namelijk 2,5 sterren en wordt er gesproken over een overschreeuwend en tenenkrommend verhaal.
Ik vond deze film een lust voor het oog en onder andere de scènes met paarden waren prachtig, maar als je verder kijkt dan alleen het aangeleverde beeld dan is deze film redelijk jammer en ben ik het met de professionele critici eens. Historisch accuraat zou ik het niet willen noemen, eerder een langgerekt drama met de nodige actiescènes.
Is deze film dan slecht? Nou nee, ik heb mij wel degelijk vermaakt. Het was ook zeker wel educatief, want aan de hand van mijn onderzoek na de film leerde ik ook weer de nodige dingen die mijn middelbare school niet behandelde. Ik denk dat deze film vooral mooi is als je alleen naar de plaatjes kijkt, maar die zijn mooi genoeg dat ik geen spijt heb dat ik deze film heb gezien. Een deel van mij wil Redbad zelfs nog een keertje zien omdat er zoveel details in zaten.

Nou, dat waren alle films die ik zag in juni! Ik hoop dat jullie hier wat aan hadden en zijn aangespoord om binnenkort nog meer verhalen te consumeren, alleen dan op het witte doek.

Tot volgende maand!
​


Sophie

0 Reacties

Nepdiversiteit

5/7/2018

0 Reacties

 
Sinds een paar weken draait “Solo: A Star Wars Story,” in de bioscoop. Deze film, die zich een aantal jaar voor de originele trilogie afspeelt, heeft ook een rol weggelegd voor Lando Calrissian. Lando kwam ook al voor in Star Wars: Episode V: The Empire Strikes Back en in Star Wars: Episode VI: Return of the Jedi. Hij was toentertijd het enige gekleurde personage en werd gespeeld door Billy Dee Williams.

Lando, in deze film gespeeld door Donald Glover, was tevens “panseksueel.”

Mensen die pan zijn (zoals Deadpool in de Marvel comics) hebben een seksueel, romantisch of emotioneel verlangen naar personen van alle genderidentiteiten en biologische geslachten. Dit betekent dat voor panseksuelen iemands gender of sekse niet bepalend is om zich aangetrokken te voelen.
Waar homoseksuelen zich bijvoorbeeld alleen aangetrokken voelen tot mensen van hetzelfde geslacht, kunnen panseksuelen van ‘iedereen’ houden (en nee, dus niet van pannen en ander keukengerei).
Van alle andere seksuele geaardheden lijken panseksuelen misschien het meest op biseksuelen en voor veel mensen is het verschil tussen beiden verwarrend. Het concept van panseksualiteit verwerpt bewust iets genaamd seksebinariteit. Hiermee wordt erop gedoeld dat waar biseksuelen zich aangetrokken voelen tot mannen en vrouwen, die tweedeling voor panseksuelen helemaal niet bestaat, zij kunnen zich dus ook aangetrokken voelen tot mensen die niet in deze hokjes passen omdat ze bijvoorbeeld agender, bigender of genderfluid zijn.

Deadpool is momenteel in zijn films in een heteroseksuele relatie met Vanessa. Er gaan geluiden op dat dit zijn seksualiteit weghaalt, maar… panseksuelen kunnen gewoon een heteroseksuele relatie hebben. En Deadpool maakt genoeg opmerkingen over andere personages om op zijn minst te kunnen gokken dat hij niet hetero is in plaats van een enorme flirt. Acteur Ryan Reynolds is ontzettend hard aan het werk om Deadpool een homoseksuele relatie te geven.

Maar dat allemaal terzijde.

Lando Calrissian is dus blijkbaar ook panseksueel en in de basis vind ik dat heel tof. Acteur Donald Glover en scriptschrijver van de film Lawrence Kasdan hebben de seksualiteit van het personage tijdens de promotie van de film al bekendgemaakt aan de pers.
Ik heb de film gezien en als ik niet toevallig in kranten en interviews die uitspraken was tegengekomen dan had ik nooit geweten dat Lando pan is. Er wordt in de film door zijn (vrouwelijke) robot geïnsinueerd dat Lando gevoelens voor haar heeft, maar dit wordt eigenlijk meteen door de andere personages een beetje weggelachen.Ten tijde van de film wordt duidelijk dat Lando erg veel om zijn robot geeft, maar panseksueel?
En eigenlijk, daar wringt iets! Sterker nog, ik heb zonet nog zitten googlen en kon buiten de interviews niets vinden dat zelfs maar insinueerde dat Lando iets anders is dan een enorme flirt, in tegenstelling tot Deadpool.

Een artikel in een Nederlandse krant leert mij dat het tegenwoordig de trend is om personages pas na de tijd ‘uit de kast’ te laten komen. J.K Rowling gaf bijvoorbeeld pas na publicatie van haar boeken aan dat Albus Dumbledore/Perkamentus homoseksueel is, maar nergens in de boeken wordt er ook maar met een woord over gerept en veel mensen zijn er dan ook niet eens van op de hoogte.

Wie een beetje thuis is in de verhalenbusiness weet waarschijnlijk dat er met dit soort uitspraken wordt gesproken van canon en niet-canon. Canon is iets dat officieel en als een ‘echt’ deel van het verhaal gezien wordt, zoals het feit dat Katniss Everdeen uit district twaalf komt voordat zij meedoet aan de Hongerspelen. Het boek noemt dit namelijk vaak genoeg en iemand zou uit de tekst niet iets anders kunnen interpreteren.

Is Dumbledore's seksualiteit canon of niet?

Stel, we nemen aan dat Dumbledore inderdaad homoseksueel is en zoals J.K Rowling zegt een romantische relatie had met ‘the bad guy’ Grindelwald. Het kan zijn dat dit voor de Harry Potter-boeken niet relevant was en ze het daarom nooit genoemd heeft. Ook niet in de gesprekken die Harry en Dumbledore hadden over Grindelwald. Als Dumbledore's reden om Grindelwald niet meteen te stoppen zijn gevoelens waren, was het wel logisch geweest om dat te noemen, maar het kan. Het is maar een zin aan uitleg, maar oké, ik heb geen idee. Het punt is, er komen nu films aan: Fantastic Beasts and where to find them.
Fantastic Beasts and where to find them vertelt het verhaal van de aandoenlijke Hufflepuff Newt. De tweede film komt binnenkort uit en vertelt tevens het verhaal van Grindelwald en Dumbledore.
Nu, als deze film specifiek vertelt waarom Dumbledore en Grindelwald vechten, maar Dumbledore in de knoop ligt om hem tegen te houden dan is dit toch wel het ideale moment om zijn homoseksualiteit aan te kaarten. Volgens J.K Rowling waren zijn gevoelens namelijk een van zijn grootste drijfveren. Maar, nee, director David Yates heeft bekendgemaakt dat Dumbledores seksualiteit niet expliciet bekend zal worden gemaakt in de films. Hij zei: “"I think all the fans are aware of that. He had a very intense relationship with Grindelwald when they were young men. They fell in love with each other's ideas, and ideology and each other." Dus, iedereen weet het, maar we gaan het nergens echt echt canon maken.

Ik heb geen idee wat zich achter de schermen afspeelt bij zowel Star Wars als Harry Potter, maar het lijkt hier te gaan om (eindelijk het onderwerp van de blog): nepdiversiteit

Nepdiversiteit houdt in dat verhalenvertellers hun verhalen een stuk diverser voordoen dan ze in werkelijkheid zijn. Zie het als een poster voor je universiteit waar drie mensen op staan, eentje met hoofddoek, eentje gekleurd en een ‘echte Hollandse jongen,’ terwijl jij nog nooit iemand op je universiteit hebt gezien die niet blond haar met blauwe ogen had. Het is een beetje fake news zoals Trump dat zou zeggen. Het ligt momenteel blijkbaar goed op de markt om diverse personages te hebben, maar dan moet je verhaal ook wel echt divers zijn. Ik verwacht haast dat J.K Rowling mij over een paar maanden vertelt dat Harry eigenlijk joods was en Hermelien gekleurd. “Het staat niet in de tekst, maar wel tussen de regels door, hoor!” Hou toch op. Sterker nog, J.K Rowling heeft recentelijk op Twitter laten weten dat Hermelien niet canon blank is en dus best gekleurd kan zijn, terwijl er letterlijk in boek drie staat: “Hermione’s white face was sticking out from behind a tree.”

Er zijn schrijvers die haatmail krijgen omdat zij geen diverse personages schrijven en laat ik voorop stellen dat haatmail nooit oké is. Schrijvers proberen dan soms om hun lezers een genoegen te doen hun verhalen alsnog canon te maken. Een voorbeeld hiervan is Sarah J. Maas.
Sarah heeft besloten om in haar beide series een personage biseksueel te maken en wat achtergrondkarakters zijn nu niet meer blank.
Ik heb geen idee wat ik hiervan moet vinden aangezien haar biseksuele karakters een lopend stereotype zijn en ik persoonlijk ze dan liever niet had gezien, but she tried!

Het maakt niet uit als je verhaal niet divers is. Ik heb daar een sterke mening over, maar het maakt niet uit, want het is het verhaal van die schrijver en die mag doen en laten wat hij of zij wil. Ik bedoel, J.K Rowling schreef Harry Potter in een hele andere tijd waarin heel anders tegen diverse personages werd aangekeken dus het is toch ook helemaal niet gek dat niemand divers is?
En als jij je verhaal volledig blank en hetero wil maken - be my guest. En als jij alleen maar wil lezen over blanke en hetero personages - sure.  Schrijvers moeten alleen niet in een poging wat zieltjes (?) te winnen er niet-canon diversiteit ingooien. Diversiteit is blijkbaar tegenwoordig heel populair en daar wordt grof geld in gezien. Dan maak je misbruik van mensen die zichzelf ook eens in verhalen willen zien en dat is niet fair.

Om terug te komen op Star Wars Solo, er komt mogelijk nog een film met Lando als hoofdpersonage. Ik heb hoop dat hij hierin inderdaad on-screen als panseksueel wordt uitgebeeld. Maar waarschijnlijk wordt mijn hoop net als bij Dumbledore de grond in getrapt.

Sofie

0 Reacties

Over het belang van Young Adult

3/7/2018

0 Reacties

 

Mocht  je het willen hebben over gewaardeerde genres binnen de Nederlandstalige – en waarschijnlijk internationale – literaire gemeenschap, kan je beter direct stoppen met lezen. Dat is Young Adult namelijk niet. In het beste geval wordt er neergekeken op YA en in het slechtste geval wordt het totaal de grond in geboord.


Misschien hebben die licht elitaire figuren wel goede redenen voor hun afwijzing van dit genre, want inderdaad, YA bestaat meestal niet uit honderdduizend lagen en diepzinnige metaforen. Nee, het gaat niet over personen met tonnen levenservaring (als je dat in jaren rekent) en zinnen waar een paar schrijvershersenen een aantal uur op hebben zitten kraken. Nee, YA-schrijvers hoeven niet op een uitnodiging van het boekenbal te rekenen.

Of die minachtende houding echter volledig terecht is? Nee, ik denk van niet. Er zijn namelijk genoeg redenen om aan te nemen dat YA een van de belangrijkste genres is die er bestaat.

Als klein meisje was ik een echte boekenwurm. Vrijwel wekelijks ging ik op de fiets naar de bieb, om met een volle tas boeken thuis te komen. Ik was een van de weinigen uit mijn klas, de meesten vonden lezen stom. Het enige boek dat ze in een jaar lazen, was het boek dat ze gebruikten voor hun verplichte boekenbeurt halverwege het schooljaar.

In een poging om mijn klasgenoten in de onderbouw van de middelbare school aan het lezen te houden, veranderde ik mezelf in een wandelende bibliotheek. Vooral Twilight (God vergeef me voor mijn zonden) was vaker uitgeleend dan dat het in mijn boekenkast stond.

Tot we in de bovenbouw kwamen en er volledig roet in het eten werd gegooid van ieder klein leeszaadje dat ik geplant had. Ik weet niet precies wat het is met het Nederlands onderwijs, maar voor mensen die dagelijks met jongeren werken, weten ze bar weinig af van wat de jeugd leuk zou vinden om te lezen. Gewoonlijk bestaat de bovenbouwkost uit boeken als De donkere kamer van Damokles, Max Havelaar en Reinaert de Vos. Natuurlijk zijn ze niet voor niets uitgekozen – het is belangrijke literatuur, maar voor de gemiddelde 17-jarige is het vooruitzicht van zo’n lijst op z’n zachtst gezegd deprimerend. Net zoals op de basisschool vonden klasgenoten lezen stom. Zelfs ik vond lezen in vlagen stom en zoals je begrijpt, wil dat écht wat zeggen.

En wat is het resultaat? Een generatie ongemotiveerde jongeren die vlak voor hun eindmondeling nog even op de literatuurbank samenvattingen lezen van die boeken die ze gelezen hadden moeten hebben. Hoe ga je ervoor zorgen dat al die romans die aan de lopende band uitgegeven worden nog verkocht worden als de toekomstige afzetmarkt een hekel heeft aan lezen? In een tijd waarin Netflix bestaat, iedereen een mobiele telefoon in zijn kontzak heeft zitten en jongeren verslaafd zijn aan de PlayStation? Als mijn broertje de keuze moet maken tussen FortNite en een leuk boek, twijfelt hij echt geen moment.

En dat is waar het opkomende Young Adult om de hoek komt kijken. Het is voor de gemiddelde tiener mogelijk hét bewijs dat lezen nog wél leuk is. Niet ieder boek is zo’n sleur om doorheen te komen dat je om de dertig seconden naar de bladzijde kijkt en erachter komt dat je amper opgeschoten bent. In YA-boeken worden thema’s besproken die voor jongeren van belang zijn, waarmee ze zich dus kunnen identificeren. Daarmee wil ik niet zeggen dat het voor tieners onmogelijk is om zich in te leven in volwassenenliteratuur. Natuurlijk kunnen ze dat wel, maar niet iedereen heeft daar als tiener al behoefte aan. Hoe fijn is het dan wanneer dat niet per se hoeft?

Bovendien hebben YA-auteurs een bevoorrechte positie. Zij hebben de stem gekregen om een jong publiek kennis te laten maken met thema’s als vriendschap, diversiteit, feminisme en seks in een luchtig jasje. Een jong publiek dat de toekomst is, een nog vormbare generatie die de kans heeft om het anders te doen dan de vorige. Hoogstaande literatuur is goed, maar niet voor iedereen weggelegd. YA daarentegen is laagdrempelig en toegankelijk voor iedere nieuwsgierige jongere die eens achter de laptop vandaan wil komen.

Boekenbal of niet, het is belangrijk voor de schrijfwereld om het belang van Young Adult in het achterhoofd te houden. Zoals schrijvers als JK Rowling en Rick Riordan generaties aan kinderen aan het lezen kregen én krijgen, moet dat ook gebeuren met de generatie 15-18. Wie weet dat mijn broertje dan over een aantal jaar opnieuw kan zeggen: ‘Hé Dreuzel, ik ben al op pagina tachtig.'

Mara

0 Reacties
<<Vorige

    Categorieën

    Alles
    Opinie

    Archieven

    Juli 2019
    Juni 2019
    Mei 2019
    April 2019
    Maart 2019
    Februari 2019
    Januari 2019
    December 2018
    November 2018
    Oktober 2018
    September 2018
    Augustus 2018
    Juli 2018

      nieuwsbrief

    Abonneren!

    twitter

    TWITTER

    instagram

    goodreads

    Goodreads: Book reviews, recommendations, and discussion
Powered by Create your own unique website with customizable templates.
  • Begin hier
  • De blog
  • Register
    • #ownvoices
    • Triggerwarnings
    • Wat is diversiteit?
  • Over ons
  • Contact
  • Archief
    • Artikels
    • Recensies
    • Vaste rubrieken >
      • Wat lazen we deze maand?
      • Kladblog@Evenementen >
        • Boekenbeurs 2018
      • Maandelijkse discussies
      • Soof's Cinema