Seksuele geaardheid
LGBTQ+: van oorsprong een Engelse afkorting die staat voor Lesbian, Gay, Bisexual, Transgender, Queer & more. (De termen lesbian en gay spreken waarschijnlijk voor zich, de rest wordt hieronder uitgelegd.) ‘More’ duidt erop dat er meerdere identiteiten bestaan die niet specifiek genoemd worden en afwijken van de norm (hetero). Biseksueel: een persoon die zich tot twee genderidentiteiten aangetrokken voelt. Over het algemeen is er sprake van aantrekkingskracht tot mannen en vrouwen. Panseksueel: deze persoon is ‘genderblind’ en zowel gender als sekse bepalen niet tot wie zij zich aangetrokken voelen. Queer: een term die gebruikt wordt door mensen die zich niet in een hokje willen plaatsen, wordt vaak gebruikt om aan te geven dat men niet hetero is. Romantische geaardheid Naast seksuele geaardheid, bestaat er ook romantische geaardheid. Seksueel staat voor de seksuele aantrekkingskracht die iemand ervaart - zou ik met iemand van dit geslacht seks willen hebben of niet? En romantisch voor de echte aantrekkingskracht, het ‘verliefd’ worden op mannen, vrouwen, beiden of misschien niemand. Iemand die ‘pan’ is, is naar alle waarschijnlijkheid zowel panseksueel als pan-romantisch, maar seksuele en romantische geaardheid kunnen van elkaar verschillen. Iemand kan zich zelfs tot niemand aangetrokken voelen. Aseksueel: er is een ontbreken van seksuele geaardheid. Er is een gebrek aan seksuele aantrekkingskracht of seksueel verlangen. Aromantisch: er is een ontbreken van romantische geaardheid. Er is een gebrek aan romantische aantrekkingskracht of romantisch verlangen. Zowel aseksueel als aromantisch zijn een spectrum. Iemand kan bijvoorbeeld demiseksueel zijn en alleen een seksuele aantrekkingskracht voelen zodra zij een emotionele connectie hebben met iemand. Huidskleur: POC: ‘People of Color’, oftewel getinte, bruine en zwarte mensen met een niet-Westerse achtergrond. |
Gender:
Cisgender: iemand waarvan de seksuele identiteit overeenkomt met zijn of haar biologische geslacht. Transgender: een persoon wiens biologische geslacht niet overeenkomt met het geslacht dat hij/zij zich voelt. Genderqueer: een overkoepelende term voor genderidentiteiten die zich niet exclusief mannelijk of vrouwelijk noemen. Een aantal voorbeelden: bigender (twee genders hebben, bijvoorbeeld zowel mannelijk als vrouwelijk), agender (Het ontbreken van een gender), een derde geslacht of genderfluid zijn. Genderfluid: iemand wisselt tussen genderidentiteit en voelt zich bijvoorbeeld het ene moment mannelijk en het andere moment vrouwelijk. Deze wisseling gaat over het algemeen willekeurig. Geestelijke of lichamelijke beperking:
Naast diversiteit in gender en geaardheid, is er ook diversiteit in geestelijke of lichamelijk gesteldheid. Er zijn tientallen ziektes en aandoeningen, maar veelvoorkomend in de literatuur zijn momenteel onder andere de depressie, posttraumatische stressstoornis, angststoornis en verscheidene eetstoornissen. Ook komen protheses met enige regelmaat voor. Sommige beperkingen zijn aangeboren of voor de rest van iemands leven, anderen zouden weer kunnen verdwijnen. De mate waarop een beperking iemands leven beïnvloedt is varieerbaar. Uiterlijke kenmerken:
De meeste personages in verhalen zijn slank en als personages iets ‘voller’ zijn dan draait vaak een deel van het verhaal over zelfacceptatie of over hoe hij of zij afvalt en gelukkig wordt. Diversiteit in uiterlijk geeft ons personages in alle vormen en maten, want er zijn geen maten die aangeven hoe gezond mensen zijn. Veel verhalen die dit thema aankaarten gaan over ‘body positivity.’ Body positivity movement: een beweging die zich inzet voor lichaamsrespect. Mensen zouden niet moeten worden beoordeeld op bijvoorbeeld hun gewicht of de keuzes die zij maken met betrekking tot hun uiterlijk zoals tatoeages en lichaamshaar. Het accepteren van elk lichaamstype is een belangrijk onderdeel van deze beweging die zich afzet tegen schoonheidsoordelen. |