In september verscheen Romeo en Julia, Blossombooks eerste uitgave in een reeks van allemaal hervertellingen van allerlei bekende klassiekers. In dit geval is Shakespeare’s legendarische toneelstuk herverteld door Tiny Fissher in een ongelooflijk mooie editie die iedere boekenwurm alleen al met de cover doet wegzwijmelen. Toch ontstond er bij het nieuws van deze nieuwe reeks uitgaven een hele discussie in onze Whatsapp groepchat. En dus willen we toch even de sprong in het diepe wagen en nadenken over de waarde van deze zet. BlossomBooks motivatie voor deze uitgaven, is het feit dat er veel klassiekers zijn die men wel ként, maar zelden leest. Ze worden niet gelezen omdat ze te moeilijk zijn en mensen het dus niet aandurven. Een hervertelling meet met het taalgebruik, de manier van verhalen vertellen zoals vooral jongeren de dag van vandaag kennen, is misschien dan wel de beste manier om hen aan te sporen de verhalen wel te doen lezen. Er zijn echter enkele bedenkingen die ik mij maak bij deze redenering. Ten eerste: ligt het wel degelijk aan de manier waarop de boeken geschreven zijn dat ze niet snel worden gelezen? Ik denk eerder dat het ligt aan het collectief beeld dat we hebben van deze boeken dat ze niet worden gelezen. “Klassiekers zijn oud. En oud betekent moeilijk.” Als iemand die véél klassieke werken heeft gelezen en erover heeft gepraat, is dit de redenering die ik vaak hoor en waardoor ik vaak moet zuchten. Want wat een bullshit. Al sinds romans zoals wij ze kennen geschreven worden, is er een ding een feit: ze worden geschreven in de volkstaal op een manier waarop dus het volk spreekt. Ja, uiteraard, is dat een groot verschil met hoe we hedendaags praten. Maar in feite niet zo groot als je denkt. Een hervetaling van Shakespeare begrijp ik: hij schrijft Engels uit de 16e eeuw (?). Een hervertaling van Mary Shelleys Frankenstein vind ik een héél slechte keuze. Sinds de 19e eeuw is Engels weinig veranderd en met een gewone vertaling van het werk naar het Nederlands nu, heb je een perfect en vlot leesbaar boek. Ik las een Penguin uitgave van Frankenstein van enkele jaren terug en ik moet zeggen dat dit boek zooooo aangenaam en vlot las. Shelleys stijl was, is en blijft simpelweg toegankelijk op zich. En toch hoor ik zooo vaak dat klassiekers moeilijk geschreven zijn. Misschien wat langere zinnen hier en daar, misschien wat ouder woordgebruik dan je gewend bent - maar vaak ligt dat zelfs aan de vertaling. Met de meeste klassiekers zit je al heel goed met een recente vertaling. Een hervertaling is zelden nodig om het vlot leesbaar te maken. Maar mensen doen graag alsof deze boeken moeilijk zijn. En door dan nog een reeks hertalingen uit te geven, wordt dat collectief beeld vergroot. En dat vind ik jammer. Ten tweede denk ik dat er een misvatting is dat jongeren ze niet lezen, in het algemeen. Ik amuseerde mij heel erg met Jane Eyre en Wuthering Heights toen ik een jaar of zeventien was. Uiteraard is dat niet de standaard, maar jongeren hebben nu simpelweg ook zoveel boeken speciaal gemaakt voor hen om te lezen. YA is er nu eenmaal. Perfect logisch dat ze dat kiezen, het wordt rechtstreeks aan hen gepromoot. Ik vind het dan enkel zwak om ook nog klassiekers voor hen om te zetten, alsof alles voor jongeren herverteld moet worden voor ze het begrijpen. Laat klassiekers toch gewoon voor wat ze zijn en zullen blijven en laat ons onze YA lezen tot we zin hebben in iets anders, wat klassiekers nu eenmaal zijn. Iets anders. In plaats van het om te zetten naar YA voor ons. Hoeft toch gewoon niet. Brengt mij met het derde punt: er is veel YA, en dat is dan vooral vertaald werk. En nu er wel de kans wordt gegeven aan een Nederlandse auteur om iets binnen dit doelpubliek te schrijven, is het weer een hervertelling. Waarom wordt dan niet YA van Nederlandstalige bodem aangemoedigd? Waarom per se weer gaan voor de zoveelste hervertelling terwijl er ook een heel creatief, cultureel landschap is en waar nog zoveel vorm aan gegeven kan worden maar tegelijkertijd weinig uitgevers naar omkijken? Waarom weer de stem geven aan verhalen die al verteld zijn, in plaats van te luisteren naar degenen die smeken voor een klein publiek? En dat brengt mij bij een nog een wat sentimenteler punt: zoveel van de waarde van klassieke werken, hangt vast aan het taalgebruik, de opbouw, de context, de manier waarop de personages worden neergezet. Het zit in de miniemste details, de kleinste gaten zijn door dronken met de eigenheid van een auteur, zijn omgeving, zijn tijd. De eigenheid zit zo diep en vormt één geheel dat in geen enkele manier tot zijn recht kan komen in een andere soort herwerking. Het is een product van zijn tijd. Klassiekers zijn echo’s vanuit het verleden en een groot deel aan de ervaring van het lezen, ligt al in het besef dat je iets leest van 100; 200 jaar oud. Een hertaling zal noooooit dit effect kunnen hebben. En zal zelfs veel van het werk onrecht aandoen. Een hertaling wordt uiteindelijk, of je dit nu wil of niet, een product van de tijd van de hertaler. Daar kan je niets aan doen. En voor mij zegt dit, het feit dat je sowieso te maken hebt met iets waar sluimeringen van onze tijd in zit, genoeg: je zal niet dezelfde ervaring hebben als het originele werk te lezen. Het is dan kostbaarder om jongeren verhalen uit het heden, uit zijn omgeving te brengen dan om iets te herkauwen omdat je denkt dat ze het niet aankunnen. Livia
0 Reacties
Laat een antwoord achter. |
CategorieënArchieven
Juli 2019
twitter
goodreads |