Enige tijd terug zetten we een discussie online met de stelling 'boeken met minderheden mogen alleen geschreven worden door minderheden zelf', waar we een aantal reacties op kregen. Dat vonden we overigens super leuk, ook al hielden we er soms andere visies op na. Bij de discussie werd ook de term #ownvoices in de mond genomen. We waren al enige tijd van plan hier een artikel over te schrijven, maar dit leek de perfecte aanleiding. Hieronder geven we allereerst enige uitleg over de term ‘ownvoices’, waarna we dieper ingaan op de rol hiervan in boeken. Waarom is het zo belangrijk? En in welke zin kan het juist negatief uitpakken? Waarom hechten bepaalde mensen zoveel waarde aan #ownvoices, terwijl anderen het juist beperkend vinden? In dit artikel vind je de antwoorden hierop en meer! Wat betekent #Ownvoices en waar komt het vandaan? Als een boek of verhaal ‘own voices’ is, betekent dit dat zowel het hoofdpersonage van het boek als de auteur ervan deel uitmaken van dezelfde minderheidsgroep. Je kan hierbij denken aan: een Amerikaanse auteur van Nigeriaanse afkomst (zoals Tomi Adeyemi) die een fantasy-serie schrijft dat gebaseerd is op de Nigeriaanse cultuur en mythologie met een hoofdpersonage dat ook zwart is, zoals de auteur zelf. Je kan ook meer denken in de contemporary-sfeer: een lichamelijk beperkte auteur die een contemporary-boek schrijft waar het hoofdpersonage dezelfde lichamelijke beperking heeft. Het verhaal is dan ‘own voices’; mijn stem, mijn verhaal. De term/hashtag is in het leven geroepen door de Nederlandse auteur Corinne Duyvis op Twitter. De rol van ‘ownvoices’ binnen YA-boeken Nu de term duidelijk is, spitsen we ons toe op de rol van ownvoices binnen, specifiek, YA-boeken. Wat maakt ownvoices nou zo belangrijk binnen YA? Blue crow Publishing vertelt dat zij het als hun taak zien om mensen te helpen hun eigen verhalen te kunnen vertellen, omdat dit deel uitmaakt van de representatie die we missen in boeken. Wellicht dat bij sommige mensen hiervan de nekharen overeind gaan staan, want: auteurs zijn fervente lezers, en staan bekend om hun empathisch vermogen. Waarom zouden auteurs zonder die achtergrond niet over minderheidsgroepen kunnen schrijven? Dit kan toch hartstikke goed als je maar genoeg onderzoek doet en respectvol blijft? Zeker in fictieve boeken, waar het niet om autobiografische boeken gaat, zien ze het punt niet van ownvoices. Iedereen met een beetje empatisch vermogen kan zich immers inleven in een ander. Bovendien beperk je mensen hierin om te kunnen schrijven waarover ze willen schrijven. Sommige mensen vinden ownvoices juist onnodig claim-gedrag. Hannah Heath geeft aan dat dit zelfs ervoor zorgt dat er minder representatie hierdoor ontstaat én dat men dan gaat censureren wie wat kan schrijven. Volgens Heath ontstaat er minder representatie, omdat auteurs zonder die achtergrond geen diverse personages meer mogen opnemen in hun verhalen. Dit zorgt ervoor dat er mínder boeken met diversiteit op de markt verschijnen. Voorts vertel je hiermee auteurs wat ze wel en niet mogen schrijven, zoals eerder ook al werd aangehaald. Bovendien, haalt Heath aan, representeren mensen uit een minderheidsgroep ook niet de gehele groep. Het is maar een stem die kan verschillen van duizenden anderen van dezelfde minderheidsgroep. Kayla Waylay heeft een andere visie. Zij legt uit “dat er een lange geschiedenis is van blanke, cisgender, heteroseksuele auteurs zonder beperkingen, die buiten hun eigen ervaringen hebben geschreven over diverse (hoofd)personages. Sommige van deze boeken zijn fantastisch, maar heel vaak zitten ze vol stereotypes, tropes en schadelijke afbeeldingen. Keer op keer zien auteurs van minderheidsgroepen hun eigen verhalen van hen afgepakt, misbruikt en gepubliceerd worden alsof het authentieke verhalen zijn terwijl zij moeten vechten om hun eigen verhalen te kunnen publiceren.” Bovendien moet in overweging worden genomen dat het niet zo maar een gekleurd, trans of doof personage is, maar vaak het enige personage dat miljoenen mensen vertegenwoordigd terwijl mensen die niet uit minderheidsgroepen komen elk ander personage hebben om uit te kiezen. Daar tegenover kan weer worden gesteld dat fictieve boeken niet beogen om de wereld exact af te beelden hoe deze is. Fictieve boeken bevatten immers verzonnen verhalen, in tegenstelling tot non-fictie, die op feiten, wetenschap en waargebeurde gebeurtenissen berust. Het is dan ook geoorloofd volgens het argument dat fictieve personages, óók personages van minderheidsgroepen, niet echte mensen afbeelden. Dit argument snijdt, naar onze mening, geen hout. Door een personage uit een minderheidsgroep te nemen en in je verhaal te verwerken, gebruik je een stukje werkelijkheid waar je geen creatieve vrijheid in hebt. De verhaallijnen mogen verzonnen zijn, de setting mag een andere wereld beslaan en het karakter van het personage kan uit van alles bestaan, maar je kan bij wijze van spreken iemand die in een rolstoel zit omdat haar benen niet werken, niet ineens laten opstaan alsof er niks aan de hand is. Dit is geen nieuw concept. Je kan in een contemporary immers ook niet doen alsof het huidige Nederland een dictatuur is en we hier bergen hebben. In een thriller kan je ook niet doen alsof de politie ook uitspraken uitvaardigt alsof het rechters zijn. In een historische fictie kan je de geschiedenis van onze wereld ook niet ineens compleet opzij schuiven en je eigen versie ervan maken (tenzij je een ‘alternate universe’ historische fictie schrijft). Mensen uit minderheidsgroepen zijn geen vampiers, weerwolven of andere zelfverzonnen wezens, je kan niet ineens gaan veranderen wie ze werkelijk zijn en dat onder creatieve vrijheid scharen. Zo werkt het niet. Dát zorgt er juist voor dat ze fout of schadelijk afgebeeld worden. Het voorgaande pleit er echter niet per definitie voor dat auteurs die minderheden zijn beter een verhaal kunnen schrijven over personages met dezelfde achtergrond. Het geeft slechts aan dat je als auteur een realistisch beeld moet geven in boeken over minderheden of waar minderheden in voorkomen. Daarom even een bruggetje terug naar Kayla Whalay, die al aangaf dat verhalen van minderheden verteld worden door anderen zonder die achtergrond, terwijl auteurs mét die achtergrond vechten om dit zélf te kunnen doen. Dit hangt samen hoe diversiteit tegenwoordig gebruikt wordt. Diversiteit in verhalen is belangrijk, omdat we allemaal verschillend zijn en iedereen het verdient om zichzelf terug te zien in verhalen. We zijn absoluut voorstander van diversiteit, zoals jullie misschien al wel gemerkt hebben. In een ideale wereld zitten mensen van uiteenlopende achtergronden standaard in een boek zonder dat we dat we daar bewust stil bij moeten staan. Maar we leven niet in een ideale wereld en daarom zijn de campagnes die strijden vóór diversiteit nodig. Hierdoor zijn diverse verhalen in de spotlight komen te staan, wat goed is, maar tegelijkertijd zie je dat het behandeld wordt als een hype, een trend, een marketingstrategie. Diversiteit verkoopt, want het is in. Uitgeverijen brengen massaal diverse boeken uit, omdat het nu eenmaal geld opbrengt. De keerzijde die dit heeft is dat sommige auteurs zonder die achtergrond ook diversiteit in hun verhaal opnemen door druk van buitenaf of omdat ze weten dat dit nu eenmaal verkoopt en meedoen met de hype. Een keerzijde is ook dat diversiteit op dezelfde manier wordt ontvangen als andere trends, zoals paranormale romantiek (Twilight, Hush Hush) en dystopian (De Hongerspelen, Divergent): mensen zien het als een speciale soort categorie en krijgen er op een gegeven moment genoeg van. Lezers zeggen dan dingen als: ‘Er zijn bijna meer boeken waar homoseksuele relaties centraal staan dan heteroseksuele relaties’* en ‘Is dit niet de zoveelste fantasy met Aziatische invloeden?’, niet wetende dat het merendeel van die boeken geschreven zijn door mensen zónder die achtergrond. Loslatend hoe problematisch het is dat diversiteit gezien wordt als ‘trend’, blijkt hieruit wel weer dat auteurs die niet tot een minderheidscategorie behoren het verhaal vertellen van een ander en de personen die zelf minderheden zijn daardoor niet aan bod komen. Mensen hebben er immers al genoeg van, dus hun verhaal is niet interessant meer. Het maakt dan niet meer uit of iets schadelijk afgebeeld is, of dat door de hype niet-wetende mensen een verkeerd beeld krijgen van iemand met een andere cultuur, geaardheid of beperkingen. Daarbij wordt door Kayla ook al aangegeven dat de verhalen die geschreven worden door minderheden zelf een nuance bezitten die een persoon zonder die ervaringen nooit zal kunnen nabootsen, simpelweg omdat je dat soort leven niet leeft. Je kan van alles opzoeken en vragen, maar dan nog kan je niet een wereld scheppen zoals iemand die zo’n leven daadwerkelijk lééft. Het zit in de details, in de vergeten emoties en gedachten die je pas onder woorden kan brengen als je met een situatie geconfronteerd wordt. Een persoon die tot de minderheidsgroep behoort en er een boek over schrijft zal nooit een fout kunnen maken, simpelweg omdat het hun leven is. Betekent dit dat élke diverse persoon hetzelfde ervaart? Nee, natuurlijk niet. Heath heeft daarin een punt. Eén verhaal betekent één stem. Het wil niet zeggen dat iedere situatie hetzelfde, maar als het geschreven wordt door een auteur met dezelfde achtergrond kan je jezelf er in elk geval van verzekeren dat het een waarheid voor iemand is. Uiteindelijk moet iedereen voor zichzelf overwegen wat ze belangrijker vinden: de stem van de minderheidsgroep waarover wordt geschreven of de vrijheid van een auteur om te bepalen wat hij of zij schrijft, de pijn die mensen voelen door jarenlang genegeerd en verkeerd afgebeeld te worden of de pijn van een auteur die zich in het nauw gedreven voelt omdat er van alles van hem of haar verwacht wordt. Wij van Kladblog maken een voorts onderverdeling tussen boeken met diversiteit. Er zijn boeken waar (de gevolgen van de) diversiteit centraal staat in een boek, zoals bijvoorbeeld The Hate U Give van Angie Thomas en Aristoteles en Dante ontdekken de geheimen van het Universum van Benjamin Alire Sáenz. En boeken waar diversiteit opgenomen wordt, maar geen rol speelt voor het plot. Je kan hierbij denken aan Six of Crows van Leigh Bardugo, Iskari van Kristen Ciccarelli en Warcross van Marie Lu. Persoonlijk vind ik dat het eerste met name - het liefst zelfs, alléén - weggelegd is voor mensen die daadwerkelijk leven met die diversiteit en het laatste juist de diversiteit is waarvan aangemoedigd wordt om in íéder boek op te nemen. Voor mij ligt hierin het onderscheid in wat wel en niet geschreven ‘mag’ worden door een auteur die geen deel uitmaakt van een minderheidsgroep. Is het enige vorm van censuur als je het zo ziet? Ja. Maar dat is niets nieuws. Enige tijd terug werden auteurs uit minderheidsgroepen immers standaard afgewezen als ze verhalen aanboden met personages die op henzelf leken. Het verkocht niet, want mensen konden zich er niet goed inleven en waren er niet in geïnstresseerd. En dus werden de boeken ook niet uitgegeven. De economie zit vol censuur. Enkel hetgeen wat verkoopt, zien wij in de winkelschappen liggen. *Iets wat níét waar is, overigens, maar dat terzijde (de cijfers vertellen immers een ander verhaal) Phoenix
0 Reacties
Laat een antwoord achter. |
CategorieënArchieven
Juli 2019
twitter
goodreads |